Bestaat de vrouwelijke ejaculatie echt?

Bestaat de vrouwelijke ejaculatie echt?

Laatste update: 31 juli, 2018

De vrouwelijke ejaculatie of  “squirten” is een onderwerp dat voor heel wat controverse zorgt in de wereld van de seksuele gezondheid. Sinds Whipple and Perry (1981) een artikel over het onderwerp publiceerde, is er veel vooruitgang geboekt. Want men heeft geprobeerd een antwoord te geven op de grote vraag die met de onderwerp verbonden is. Kan een vrouw echt ejaculeren net zoals mannen? En indien ja, waar komt de vloeistof dan vandaan? Is het iets dat slechts een select groepje vrouwen ervaart?

De discussie over de vrouwelijke ejaculatie is ontstaan uit de getuigenissen van een aanzienlijke groep vrouwen. (Volgens sommige onderzoeken gaat het over veertig tot vierenvijftig procent van de vrouwelijke bevolking). Vele meisjes begonnen te merken dat ze op het moment van het orgasme een vloeistof afscheidden. Dit gebeurde op dezelfde manier als bij de mannelijke ejaculatie.

Gilliland (2009) toont aan dat deze gebeurtenis een grote invloed kan hebben op het seksuele leven van de vrouwen die het beleven. Sommige vrouwen vinden het walgelijk en vernederend. Maar voor anderen is het een bron van interesse en trots. Het gebrek aan informatie is ongetwijfeld een grote hindernis om dit fenomeen te begrijpen en te verwerven. Het maakt het zelfs moeilijk om het te kunnen omschrijven.

Bestaat de vrouwelijke ejaculatie?

Een laboratorium in de biochemie van het Van Buren Hospital is met een reeks onderzoeken begonnen. Deze studies waren in het gebied van het vrouwelijke orgasme dringend nodig. We willen eerst vermelden dat de foetale onderlaag oorspronkelijk vrouwelijk is. De vrouw moet een embryonale prostaatstructuur hebben opdat de man de overeenkomstige mannelijke prostaat ontwikkelt.

Vrouwelijke ejaculatie

De resultaten laten vermoeden dat het bestaan van het vrouwelijke prostaatweefsel tijdens een orgasme een afscheiding kan produceren (Venegas, Carmona Mena, Alvarez, & Arévalo, 2006). Het is geen urine maar een seksueel veroorzaakte genitale vloeistof. Het is deze afscheiding die we de “vrouwelijke ejaculatie” noemen.

De meeste deskundigen zijn akkoord dat deze vloeistof geen urine is, zoals vroeger gedacht werd. Men is het ook eens over het feit dat het prostaatweefsel bij vrouwen (of de klieren van Skene) voornamelijk verantwoordelijk is voor deze afscheiding. De klieren van Skene zijn vergelijkbaar met de prostaatklieren bij mannen. Daarom worden ze de “prostaat van de vrouw” genoemd. Ze bevorderen de afscheiding van het prostaat specifiek antigeen. Hun functie is verbonden met de urethrale smering en de vrouwelijke ejaculatie.

Elke vrouw is anders en dus ook haar seksualiteit. Er is geen specifiek type van ejaculatievloeistof. Sommige vrouwen beweren dat ze slechts enkele druppels afgeven. Anderen scheiden een hoeveelheid af die even groot is als enkele koppen koffie. Sommige vrouwen beschrijven het als dik en witachtig. Anderen melden dat het helder en waterig is.

Bij sommige vrouwen zijn de stimulatie van de G-spot, een orgasme en de vrouwelijke ejaculatie met elkaar verbonden. Bij andere vrouwen bestaat dit verband echter niet. Sommige vrouwen melden orgasmen met ejaculatie die te wijten is aan stimulatie van de clitoris. Anderen hadden een ejaculatie zonder een orgasme.

-Whipple and Komisaruk-

 Share

De vrouwelijke ejaculatie en de G-spot

Masters and Johnson (1966) voerden aan dat de clitoris het enige primaire erogene orgaan bij de vrouw is. Nu is het algemeen aanvaard dat zowel de vagina als de clitoris primaire erogene zones zijn (Zwang, 1987).

Anatomisch gezien is de G-spot geen deel van de vagina maar eerder van de urethra (de vrouwelijke prostaat). Deze kan gestimuleerd worden door penetratie van de penis of door gebruik van de vingers. Door de omvang van een zone van enkele centimeters en de voorste wand van de vagina te vergroten kunnen we dit plekje vinden. Op die manier veroorzaken we intense vrouwelijke orgasmen (Arango de Montis, 2008).

Deze conclusies betekenen dat een gepaste stimulatie van één van deze twee vrouwelijke organen  tot een orgasme kan leiden. De G-spot is geen specifiek punt maar een functionele structuur. Het is een erectiele, verspreide en erogene zone die de fascie van Halban genoemd wordt.

-Tordjman-

 Share

Seks komt voor in vele lichaamsdelen

In een studie heeft men vastgesteld dat 72,7 procent van de vrouwen een orgasme bereikt door stimulatie van de verschillende zones van de vaginawanden. 90,9 procent van de vrouwen raakt opgewonden als gevolg van de stimulatie met de vingers in deze zone. Wanneer de clitoris met de vingers gestimuleerd wordt dan zijn de percentages hetzelfde. We moeten ook vermelden dat de onderzoeken de duur van de orgasmen observeerden.  Die orgasmen werden veroorzaakt door de clitoris en de vagina met de vingers te stimuleren.

Aan de hand van deze resultaten ontdekten ze dat de clitoris ongeveer twee keer zoveel erogene gevoeligheid heeft als de vagina (Useche, 2001). Eén studie heeft eigenlijk aangetoond dat de meeste vrouwen alleen de stimulatie van de clitoris nodig hebben om tot een ejaculatie te komen (Álvarez, sf.).

Vele seksuologen en feministen zijn akkoord dat de vrouwelijke seksualiteit alleen maar tot de G-spot beperken, absurd is. In 1950 beweerde Ernest Grafenberg zelf (van zijn naam is de beroemde G-spot afgeleid) dat het vrouwelijk lichaam geen enkel deel bezit, dat geen seksuele reactie veroorzaakt. We kunnen hieruit dus afleiden dat seks in vele lichaamsdelen voorkomt, om te beginnen in onze eigen gedachten (García, 2005).

Vrouwelijke ejaculatie

Ejaculatie, de gelijkenissen en de verschillen tussen de geslachten

Er bestaat geen twijfel dat we tijdens een orgasme ritmische samentrekkingen ervaren in de inwendige seksuele organen. Dit gebeurt zowel bij mannen als bij vrouwen. Maar in tegenstelling tot bij mannen gaat de vrouwelijke ejaculatie niet altijd gepaard met een orgasme. Bovendien treedt het in de meeste gevallen tijdens het begin van de seksuele opwinding op. Amy Gilliland (2009) stelde nog een ander verschil vast. De omvang van de vrouwelijke ejaculatie stijgt mee met het aantal orgasmen dat een vrouw tijdens de seks ervaart. Het stadium van de menstruatie waarin je je bevindt, heeft ook invloed. Dat geldt ook voor het soort stimulatie die dat je nodig hebt om het te laten gebeuren. Als de foetus bij het begin van de groei vrouwelijk is, dan bevat de vrouwelijke ejaculatie ook bestanddelen die het zaad bevat. Namelijk fructose, antigeen specifiek voor de prostaat en zuurfosfatase (Álvarez, s.f.).

Achterhaalde mythes over de vrouwelijke ejaculatie

Vroeger geloofden de mensen dat er zonder ejaculatie geen vruchtbaarheid kon zijn. Dit gold zowel voor mannen als voor vrouwen. Het was een poging om het seksuele proces gelijkwaardig te maken. Aan de andere kant beschouwden sommige psychoanalisten in hun tijd dat het vaginale orgasme bij vrouwen “het volwassen orgasme” was (García, 2005). Maar de grootste dwaling is dat hoe meer ejaculaties een vrouw heeft, hoe groter haar seksuele bevrediging is (Álvarez, S. f.).

Als we het vrouwelijke genot verbinden met de ejaculatie, dan gooit dit de traditionele opvattingen over gender overhoop (García, 2005). Kort samengevat, de vooruitgang van de wetenschappelijke kennis breekt de mythes af en verruimt onze geest. Het geeft vrouwen de optie om zichzelf te bevrijden van de seksuele normen uit vroegere tijden.


Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.


  • Venegas, J. A., Carmona Mena, C. A., Alvarez, A., & Arévalo, M. (2006). Contribución a la discusión de la próstata femenina y la eyaculación en la mujer. Rev. chil. urol, 71(3), 217–222.

  • Álvarez, P. M. (s. f.). Apuntes sobre la eyaculación femenina. Archivos Hispanoamericanos de Sexología, 17(1).

  • Arango de Montis, I. (2008). Sexualidad humana.

  • García, M. I. G. (2005). Valores de una ciencia impura. Arbor, 181(716), 501–514.

  • Useche, B. (2001). El examen sexológico en las disfunciones excitatorias y orgásmicas femeninas. Rev Terap Sex Clín. Pesquisa e Aspectos Psicossociais, 1, 115–31.


Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.