Logo image

Veelvoorkomende cognitieve vooroordelen met voorbeelden

10 minuten
Cognitieve biases of vooroordelen zijn moeilijk te herkennen. Als je echter weet waar je op moet letten kun je de werkelijkheid beter onderscheiden.
Veelvoorkomende cognitieve vooroordelen met voorbeelden
Laatste update: 09 oktober, 2025

Naast de meestvoorkomende cognitieve biases zoals we hebben besproken in dit artikel zijn er nog meer vooroordelen waar we ons bewust van moeten zijn. Op die manier zul je weten wanneer er sprake is van cognitieve vooroordelen. 

1. Wederzijdse vooroordelen over naïviteit

Het bestaat uit het geloven dat de daden van anderen egoïstischer zijn dan die van ons. Dit gebrek aan zelfreflectie zien we ook regelmatig.

Voorbeeld: Carlo denkt dat zijn collega met het team aan het nieuwe project samenwerkt, alleen maar om er goed uit te zien voor anderen (hij is zich er niet van bewust dat hij dit om dezelfde reden doet).[/atomik-in -text ]

2. Groepsillusie

De groepsillusie verwijst naar de gemeenschappelijke aanleg die mensen hebben als ze bedenken dat onze sociale groepen superieur zijn aan de rest. Wij beschouwen onze gemeenschap als de meest competente, nobele en wonderbaarlijke. Met andere woorden: het veronderstelt dat ‘de mijne de beste zijn’.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Maria gelooft dat haar werkteam efficiënter is dan anderen in het bedrijf, ook al zeggen de statistieken anders.

3. Vals geheugeneffect

Bij het afleggen van juridische verklaringen naar aanleiding van een klacht houden rechters en advocaten rekening met het effect van valse herinneringen. Het bestaat uit het onbewust creëren van onnauwkeurige of vervormde herinneringen aan gebeurtenissen uit het verleden.

Voorbeeld: Marco is ervan overtuigd dat zijn broer, toen hij klein was, op het punt stond te verdrinken in het zwembad van zijn grootouders, maar in werkelijkheid werd die ervaring ervaren door een buurman.

4. Omstandereffect

Dit mechanisme vertelt ons dat hoe groter het aantal mensen aanwezig is in een noodsituatie, hoe kleiner de kans is dat iemand in actie zal komen. Dit is wat er gebeurde in het geval van Kitty Genovese, het meisje dat werd vermoord in het bijzijn van 38 mensen die op geen enkel moment handelden.

Voorbeeld: Jesse heeft zojuist een man bewusteloos op straat zien liggen, maar in plaats van iets voor die persoon te doen, gaat hij ervan uit dat anderen hem zullen helpen, omdat het daar erg druk is. [/atomic-in-tekst]

5. Reactiviteitsbias

Het verschijnt wanneer we ons gedrag veranderen op de momenten dat we worden geobserveerd.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Je werkt sneller als je baas langskomt, maar dan ga je weer normaal als hij weggaat.

6. Pollyanna-effect

Het Pollyanna-effect is typerend voor mensen die de neiging hebben om de positieve aspecten beter te onthouden dan de meer nadelige of negatieve ervaringen. Deze bias fungeert ook als een verdedigingsmechanisme.

Voorbeeld: Robert is 70 jaar oud en praat nostalgisch over zijn oude baan bij de energiecentrale, waarbij hij vergeet hoeveel stress het hem bezorgde en welke gevolgen dit voor zijn gezin had.

7. Representativiteitsbias

Een van de cognitieve vooroordelen die ons er het meest toe aanzetten om snelle oordelen te vellen, is representativiteit. Het gebeurt wanneer we iets aannemen dat gebaseerd is op stereotypen, zonder een meer objectieve, logische en analytische benadering toe te passen.

Voorbeeld: Natalie gelooft dat haar buurvrouw bibliothecaresse is, alleen omdat ze een bril draagt en veel leest, en negeert dat er meer mensen zijn met deze kenmerken in andere beroepen.

8. Nieuwigheidseffect

Soms waarderen we, zonder het te beseffen, recente informatie meer dan oude informatie, zelfs als de oude informatie betekenisvoller en nuttiger voor ons is bij het oplossen van een probleem.

Voorbeeld: Een persoon koopt het nieuwste model van een mobiele telefoon alleen maar omdat deze nieuw is, ook al voldoet zijn huidige model aan al zijn behoeften. De perceptie dat het nieuwe apparaat beter is, is niet altijd gebaseerd op echte gegevens.

9. Gevolgen van weglating

Het houdt in dat schade veroorzaakt door nietsdoen als minder ernstig wordt beschouwd dan schade veroorzaakt door actie. Misschien heb je het wel eens meegemaakt.

Voorbeeld: Een medewerker merkt een kritieke fout op in een rapport, maar besluit niets te zeggen omdat hij vindt dat het niet zijn verantwoordelijkheid is om de fout op te lossen. Het project mislukt, maar de medewerker rechtvaardigt zijn passiviteit omdat hij niets rechtstreeks heeft gedaan om het probleem te veroorzaken.

10. Sleepeffect

Carryover bias (ook bekend als het bandwagon- effect) treedt op bij het overnemen van overtuigingen, gedragingen of beslissingen, omdat wordt waargenomen dat veel anderen dit ook doen, waarbij ze hun eigen kritische oordeel over het hoofd zien.

Voorbeeld: Barbara en haar partner investeren in cryptocurrencies omdat ze horen dat deze sterk in opkomst zijn, zonder de risico’s of de fundamenten achter die investering te onderzoeken.

11. Effect van emotionele verankering

Het is heel goed mogelijk dat je op een bepaald moment in je leven, toen je veel stress had, het effect van emotionele verankering hebt toegepast. Het gebeurt wanneer emoties je beslissingen beïnvloeden, zelfs als ze geen verband houden met de situatie.

Voorbeeld: impulsaankoop na een ruzie, waarbij je beweert dat je “iets nodig hebt om mij op te vrolijken.”

12. Illusoire correlatiebias

Dit is een vooroordeel dat we aantonen als we een verband zien tussen twee gebeurtenissen die in werkelijkheid geen verband houden. Dit kan ervoor zorgen dat we in zeer negatieve en gevaarlijke oordelen vervallen.

Voorbeeld: De manager van een bedrijf merkt op dat twee jonge werknemers in dezelfde week te laat op hun werk komen. Daaruit concludeert hij dat jongeren niet erg punctueel zijn. Deze overtuiging ontstaat omdat de werkgever meer aandacht besteedt aan jonge mensen die te laat komen, waarbij hij de tijden negeert waarop zij op tijd aankomen of wanneer werknemers van andere leeftijden ook te laat komen.

13. Primacy-effect

In de psychologie is het heel gebruikelijk om het seriële-positie-effect te bestuderen, omdat het een mechanisme is dat ons geheugen vaak toepast . Het betekent dat je de informatie aan het begin van een lijst of reeks beter kunt onthouden en de rest kunt vergeten.

Voorbeeld: Wanneer je meerdere mensen ontmoet, onthoud je de namen van de eerste mensen aan wie je kennis maakte beter dan de laatste.

14. Recentheidseffect

Precies het tegenovergestelde van het primacy-effect is het recentheidseffect. Dit doen we door de informatie die ons aan het einde van een situatie wordt getoond beter te onthouden.

Voorbeeld: Als je een debat bekijkt, onthoud je de argumenten van de laatste deelnemer duidelijker.

15. Categoriseringsbias

Het gebeurt wanneer iemand informatie, mensen of ervaringen in vooraf gedefinieerde categorieën classificeert, wat kan leiden tot oversimplificaties, beoordelingsfouten en stereotypering.

Voorbeeld: Leo zijn vader wil niet dat hij kunstenaar wordt, omdat hij ervan uitgaat dat deze baan mensen bohemien en ongeorganiseerd maakt en een slechte levensstijl leidt.

16. Uitsluitingsbias

Het gebeurt wanneer we relevante informatie negeren, omdat deze niet past bij onze overtuigingen of waarden. Uitsluitingsbias kan zeer gevaarlijk zijn omdat het onze kennis en de vooruitgang van de samenleving vertraagt.

Voorbeeld: Willem is professor en gooit een wetenschappelijk artikel over klimaatverandering weg, omdat het zijn standpunt over deze kwestie tegenspreekt.

17. Effect van valse consensus

Dit is een cognitieve neiging waarbij we ervan uitgaan dat onze meningen, overtuigingen of waarden zonder uitzondering door anderen worden gedeeld.

Voorbeeld: Monica gelooft dat iedereen de voorkeur geeft aan telewerken, alleen maar omdat zij het leuk vindt en het bij haar behoeften past, terwijl de waarheid is dat veel van haar collega’s de voorkeur geven aan persoonlijk werk.[/atomik-in-text text ]

18. Vooroordeel overmatig vertrouwen

Dit is de neiging om onze eigen capaciteiten of kennis te overschatten. Getroffen mensen zijn van mening dat hun oordelen nauwkeuriger zijn dan ze in werkelijkheid zijn, wat tot fouten in hun besluitvorming kan leiden.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Ruben solliciteert naar een aanbieding als computeringenieur, ervan uitgaande dat hij over de juiste vaardigheden voor die baan beschikt. In het eerste gesprek sluiten ze dit echter uit. [/atomic-in-tekst]

19. Achteraf gezien effect

Het achteraf gezien-effect doet zich voor wanneer we, nadat we de uitkomst van een situatie kennen, ervan uitgaan dat die uitkomst vanaf het begin duidelijk of voorspelbaar was. Dit resulteert in het onderschatten van de onzekerheid en onvoorziene factoren die vóór de uitkomst bestonden.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Nadat het uitgemaakt is met je partner, vertelt je zus je dat ze al wist dat de relatie met die jongen vroeg of laat zou mislukken, dat er geen toekomst was. [/atomic-in-tekst]

20. Effect van externe waarnemer

Het externe waarnemerseffect, ook bekend als de fundamentele attributiefout, verwijst naar de gewoonte om anderen de schuld te geven van onze fouten, terwijl we onze mislukkingen excuseren op externe factoren. Wat dit betekent is dat wij niet onze verantwoordelijkheid nemen, maar dat wij anderen wel verantwoordelijk houden voor hun mislukkingen.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Joop vertelt zijn collega dat als hij de promotie niet heeft gekregen, dit komt omdat hij niet hard genoeg heeft gewerkt. Maar als hij op die managementfunctie solliciteert en wordt afgewezen, verontschuldigt hij zich door te zeggen dat de functie al eerder was toegekend.


Misschien vind je dit artikel ook interessant:: De negativiteitsbias volgens de wetenschap


21. Egocentrische vooringenomenheid

Het komt voor wanneer we onze eigen bijdrage aan acties of beslissingen overwaarderen, waardoor de rol van anderen wordt geminimaliseerd. Dit kan ons ongetwijfeld meer dan één conflict opleveren.

Voorbeeld: In een groepsproject denkt Blanca dat zij het meeste werk heeft gedaan, hoewel haar klasgenoten evenveel of meer hebben bijgedragen.

22. Bedriegersyndroom

Het impostersyndroom is eigenlijk een klassiek voorbeeld van cognitieve vooroordelen. Daarbij twijfelen succesvolle mensen aan hun capaciteiten.

Dit kenmerk komt vaker voor bij vrouwen. Wat ze bijna altijd laten zien, is de overtuiging dat ze hun prestaties niet verdienen en dat ze door geluk zijn gekomen waar ze zijn, of zelfs omdat ze anderen hebben misleid door te geloven dat ze competent zijn.

Voorbeeld: Marta is gekozen om een lucht- en ruimtevaartproject te leiden. Deze positie roept grote angst bij haar op, omdat zij gelooft dat zij die positie niet verdient. Sterker nog, zij gelooft dat zij bij het uitvoeren van het werk fouten zal maken en dat anderen zullen beseffen dat ze een bedrieger is. [/atomic-in-tekst]

23. Actievooroordeel

Er de voorkeur aan geven om te handelen in plaats van stil te blijven zitten, zelfs als niets doen de beste optie is, noemen we actiebias. Dit verklaart waarom we zo vaak, als we zien dat iemand in onze omgeving problemen heeft, op welke manier dan ook moeten handelen, zelfs als onze tussenkomst niet altijd nuttig of noodzakelijk is.

[atomik-in-text] Voorbeeld: Antonio is een investeerder. Wanneer de markten waarin hij belegt een daling ondergaan, besluit hij, in plaats van te wachten tot alles zich stabiliseert, onmiddellijk al zijn aandelen te verkopen om te proberen iets te doen en de schade te minimaliseren. Deze impulsieve beslissing, ingegeven door actievooroordelen, vergroot echter de verliezen in plaats van je kapitaal te beschermen.

24. Illusoir waarheidseffect

Het illusoire waarheidseffect treedt op wanneer iets voor ons meer waar lijkt, alleen maar omdat we er herhaaldelijk over horen. Soms, in ons dagelijks leven, geldt dat hoe meer informatie ons in de media wordt herhaald, hoe meer geldigheid we eraan geven, bijna zonder het te beseffen. Het is een gebruikelijk verschijnsel.

Voorbeeld: Manuel leest al een tijdje op een Instagram-account dat het eten van koolhydraten ‘s nachts de bloeddruk verhoogt. Op dit moment valideert hij dat idee al, en bespreekt het zelfs met zijn partner, ondanks het feit dat er geen wetenschappelijke studies zijn die dit feit ondersteunen.

25. De cognitieve bias van Zeigarnik

Nog een voorbeeld van cognitieve vooroordelen is het Zeigarnik-effect. Het is een psychologisch fenomeen dat verklaart hoe we onvolledige of onderbroken taken beter onthouden dan voltooide taken, vanwege de cognitieve spanning die ze in ons genereren. Dit mechanisme ontstaat omdat wat we niet concluderen meer ruimte in beslag neemt in onze geest, wat ons ertoe aanzet het op te lossen.

Voorbeeld: Johan kan niet stoppen met denken aan een boek dat hij tijdens het lezen onderbrak, terwijl hij zich weinig herinnert van het boek dat hij twee weken geleden uit had.

Cognitieve vooroordelen zijn een gewoonte van de hersenen

Niemand is gevrijwaard van cognitieve vooroordelen. Door je eigen aannames te onderzoeken en jezelf te vragen: ‘is dat echt zo?’ kun je een evenwichtiger mentaal perspectief vormen. Het begrijpen van deze mentale valkuilen helpt je om beter, bewuster en preciezer na te denken.

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.