Fase-georiënteerde behandeling voor dissociatieve stoornissen

Vandaag gaan we uitleggen hoe mensen die extreem diepe wonden hebben opgelopen door een trauma, vaak dissociatie ervaren.
Fase-georiënteerde behandeling voor dissociatieve stoornissen

Laatste update: 05 maart, 2023

Trauma beïnvloedt het geheugen van mensen. Ze kunnen bijvoorbeeld periodes in hun leven meemaken waarin ze zich weinig of niets van hun vorige leven kunnen herinneren. Dit staat bekend als dissociatief geheugenverlies. Je hebt misschien ook gehoord van mensen die ver van huis zijn opgedoken, zonder herinnering aan waar ze heen wilden of waar ze vandaan kwamen. Dit wordt dissociatieve fuga genoemd. Dit zijn beide voorbeelden van dissociatieve stoornissen. Het zijn klinische aandoeningen waarvoor ingrijpen complex is. In dit artikel gaan we fase-georiënteerde behandeling onderzoeken.

Iedereen kan dissociëren. In feite is dissociëren ook normaal. Het beschermt je tegen gebeurtenissen die psychologisch bedreigend zijn. Heb je je bijvoorbeeld ooit ‘losgekoppeld’ gevoeld bij een situatie die je copingvaardigheden te boven ging? Als je antwoord ja is, heb je waarschijnlijk dissociatie ervaren.

De grens die deze ‘normale’ ervaringen scheidt van de pathologische soort heet ‘tijd en repercussies’. Wanneer dissociatieve ervaringen na verloop van tijd de overhand krijgen en de gezondheid van een individu verslechteren, wordt het mogelijke bestaan van een klinische aandoening overwogen.

Vrouw in therapie

Fase-georiënteerde behandeling

Stel je voor dat een glas op de grond wordt gegooid. Het breekt in stukken. Iets soortgelijks gebeurt met herinneringen in dissociatie. De impact van een psychologisch trauma kan een deel van de psyche splijten. Het scheidt, creëert verschillende delen, en produceert breuken.

Bovendien verhindert de geest van het individu dat ze de stukken in elkaar kunnen zetten, waardoor hun geestelijke gezondheid wordt beschermd. Sterker nog, als ze ze samen zouden kunnen voegen, zouden ze diepe pijn ervaren.

Het tot nu toe beschikbare onderzoek suggereert dat patiënten verslechteren als ze niet het soort behandeling krijgen waarbij de therapeut elk gedissocieerd deel herkent en ermee werkt.

Daarom moet de eerste stap in elke interventie het stabiliseren van de symptomen van de patiënt zijn. Zodra dit is bereikt, kunnen ze verder gaan in het proces van de ‘vereniging’ van de delen die gescheiden zijn en verbonden waren met het trauma.

1. Stabilisatie van de patiënt

Het doel van de eerste fase van fase-georiënteerde behandeling is het versterken en stabiliseren van de patiënt. Het richt zich erop dat ze hun emoties en hun interpersoonlijke relaties kunnen reguleren. In wezen gaat het om het bevorderen van zelfzorg, verbinding met het lichaam, en het begrijpen van de symptomen.

Denk terug aan het gebroken glas op de vloer. Het kan niet weer in elkaar worden gezet zonder dat de stukken allemaal worden opgeraapt. Dan, voordat het weer in elkaar wordt gelijmd, moeten de stukken worden gerangschikt, op een glad oppervlak worden gelegd, en worden gecontroleerd om te zien hoe ze in elkaar passen.

In deze fase is het raadzaam dat de traumatische herinneringen van de patiënt worden ingehouden om te voorkomen dat ze opnieuw worden geactiveerd. Dat komt omdat ze nog de instrumenten missen om te voorkomen dat dit gebeurt. De eerste stap is het scheppen van specifieke voorwaarden zodat de patiënt zich met zekerheid kan herinneren.

In dit stadium heeft de patiënt een fobie voor zijn interne ervaring en voor de gedissocieerde delen. Om deze reden zal de opbouw van hun geheugen namelijk waarschijnlijk een progressief proces zijn, met bepaalde punten van luciditeit.

“Als algemene regel zal het deel of de delen van de persoon die in het dagelijks leven functioneren verantwoordelijk zijn, en niet de therapeut, voor het verzorgen van de infantiele delen.”

-Fonseca-

2. Traumaverwerking: het integreren van traumatische herinneringen

In deze fase is het doel de emoties, gedachten en lichamelijke gewaarwordingen te verwerken die met het trauma in verband zijn gebracht. Dit wordt bereikt door traumatische situaties opnieuw te beleven en door de intense emoties die de patiënt voelt te verwoorden. De oefening (Spaanse link) is meer dan een emotionele ontlading omdat het gaat om het uitwerken en integreren van de ervaring.

“Het impliceert een herinneren, verwerken en genezen.”

-Fonseca-

Het doel is om traumatische herinneringen te confronteren, eraan te werken en ze te integreren. Deze fase kan echter gevaarlijk zijn.

Dat komt omdat de patiënt een fobie heeft voor zijn traumatische herinneringen en het opnieuw beleven ervan kan leiden tot hertraumatisering. Daarom is het essentieel dat men hiervoor gespecialiseerde benaderingen gebruikt, zoals EMDR of sensorimotorische psychotherapie.

Patiënt doet aan EMDR
EMDR-therapie wordt door de wetenschappelijke gemeenschap onderschreven om trauma te behandelen.

3. Integratie van persoonlijkheid en rehabilitatie

Soms is het onmogelijk om voorbij de eerste fase te komen, laat staan de laatste te bereiken. Toch is het uiteindelijke doel van de therapie het organiseren van een zo stabiel en verenigd mogelijke identiteit. In deze fase is het echter waarschijnlijk dat de patiënt een fobie heeft voor de implicaties van het leiden van een dagelijks leven.

“In het beste geval zullen de gedissocieerde delen samensmelten.”

-Fonseca-

Deze laatste fase is er een van rouw. Rouw om het verleden, het heden en de toekomstige verliezen van de patiënt. Daarnaast is het essentieel dat ze leren de risico’s te nemen die horen bij het leiden van een normaal leven. Maar, dit kan herinneringen in verband met het trauma reactiveren. Als dit gebeurt, is het raadzaam dat ze met de therapeut de taken die ze in eerdere fasen hebben uitgevoerd opnieuw bekijken.

Ten slotte is het raadzaam om een individuele interventie uit te voeren bij mensen die aan dissociatie lijden. Fase-georiënteerde behandeling kan jaren duren. Het kan zelfs ook het hele leven van de patiënt duren. In deze gevallen zijn validatie en de therapeutische relatie bijzonder relevant.


Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.


  • van der Hart, O., Steele, K., Nijenhuis, E., & Assen, H. (2011). El Tratamiento de los Recuerdos Traumáticos en Pacientes con Trastornos Disociativos Complejos. Parte uno de dos. Revista Iberoamericana de Psicotraumatologia y Disociacion, 3, 1-22.
  • Holgado, F. G. (2021). Tartamudez, trauma y bloqueo: Introducción al trabajo con partes. Revista de psicoterapia, 32(119), 95-111.
  • Pedrero, F. E. (2020). Manual de Tratamientos Psicológicos. Pirámide

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.