Ik zou moeten: woorden die ons beperken
‘Ik zou op dieet moeten.’ ‘Ik zou mijn moeder moeten bellen.’ ‘Ik zou mijn baas moeten vertellen dat ik salarisverhoging verdien.’ ‘Ik zou moeten sporten zoals de dokter mij heeft aangeraden.’ ‘Ik zou moeten…’ hoe vaak per dag martelen we onszelf wel niet met deze woorden die alles alleen maar in grotere obstakels veranderen, obstakels die ons gevangen houden en die alleen maar in leven worden gehouden op basis van de kans dat ze toch nooit zullen gebeuren?
‘Ik zou moeten…’ verandert zo in een soort utopie, in onvervulde dromen, in niet te overschrijden wetten en in beperkingen die ons ervan weerhouden om vooruit te komen. Zonder twijfel zijn dit woorden die ons vastbinden aan onze angsten, onze onzekerheden en ons gebrek aan daadkracht. En dus is het nodig dat we ons ontdoen van dit gewicht dat de kracht heeft om elke weg die we afleggen alleen maar moeilijker te maken.
Ik zou moeten… (vul maar in)
Hoe vaak heb je in de afgelopen paar dagen wel niet gezegd dat je iets zou moeten doen (of had moeten doen)? Ik neem aan dat je het niet geteld hebt, maar ik wed dat je het vaker gezegd hebt dan nodig was. ‘Ik zou moeten’ maakt ongetwijfeld een ontzettend groot deel uit van onze innerlijke dialogen.
Deze zinsconstructie is verbonden met irrationele ideeën, je weet wel, van die overtuigingen die ons dwarszitten en die ons niet rustig laten leven. Deze overtuigingen zijn ontzettend diep geworteld in onze gedachten en overheersen ons bestaan. Dit zou niet erg zijn als ze als vertrekpunt zouden fungeren om iets groters te verkrijgen, maar ze doen juist het tegenovergestelde: ze blokkeren onze neiging tot handelen.
‘Zou moeten’ wordt vaak gevolgd door ‘altijd’ of ‘nooit’. Niets is echter zo definitief en streng. Veel mensen gebruiken deze woorden als een manier om tegen zichzelf te liegen. Ze denken dat als ze zichzelf een taak opleggen met een voorwaarde, dit is alsof ze het met rood markeren in hun agenda, terwijl ze in werkelijkheid – met hun innerlijke dialoog – eigenlijk alleen maar kracht geven aan de kans dat ze het niet zullen doen.
‘Zou moeten’ handelt niet, het creëert ontkenning
Wanneer we aangeven dat er iets in het bijzonder is dat we zouden moeten doen, dan uiten we dit meestal niet als een directe handeling. In plaats hiervan blijft alles een onvervulde belofte, een idee dat overgegeven is aan het toeval of zelfs een onbewuste manier van ‘onszelf ervan overtuigen’ dat we zullen veranderen.
Als je bijvoorbeeld zegt ‘Ik zou moeten afvallen omdat de dokter tegen me gezegd heeft dat uit mijn laatste onderzoeken is gebleken dat het er niet goed voor me uitziet’, dan ben je gericht op het probleem. Dit is prima. Maar je denkt zo niet na over een oplossing. Misschien gaat de zin nog verder met ‘Ik zou dan ook op dieet moeten’ of ‘Ik zou naar de sportschool moeten’. Beide zijn theoretische handelingen, waarvan de kans groot is dat we ze eerder zullen afwijzen dan accepteren.
Als we in plaats van voortdurend zoveel voorwaarden aan de toekomst vast te plakken, zouden zeggen ‘Ik ga beginnen aan dat dieet’ of ‘Ik ga me inschrijven bij de sportschool’, dan zal het misschien makkelijker zijn om de handeling ook daadwerkelijk uit te voeren. Het is echter nog steeds niet ideaal. Het beste wat je in dit soort situaties dan ook kunt doen, is gewoon de eerste stap zetten: haal alles dat niet in je dieet past uit je koelkast en gooi het weg of trek je sportschoenen aan en begin te sporten.
Ontdoe jezelf van ‘Ik zou moeten’ voor een makkelijker leven
Laten we nog even terugkomen op het voorbeeld van de persoon die van de dokter te horen heeft gekregen dat hij bepaalde maatregelen moet nemen om af te vallen, maatregelen waarvan de patiënt toch echt het nut betwijfelt. Doordat de persoon de logica van wat de dokter voorstelt niet begrijpt, kan hij de situatie niet onder controle krijgen. Misschien als de dokter tot in detail zou uitleggen welke wetenschap er schuilgaat achter de relatie tussen sporten en gezondheid, zou de patiënt zeggen ‘Ik moet sporten’ in plaats van ‘Ik zou moeten sporten… maar ik zie niet in waarom, behalve dan omdat het me is opgelegd’.
Dat we dergelijke irrationele verwachtingen en gedachten hebben die beginnen met ‘Ik zou moeten’, is niet onze eigen schuld. Van jongs af aan krijgen we tenslotte al te horen wat we allemaal moeten doen. We moeten goede cijfers halen, we moeten onze ouders en leraren gehoorzamen, we moeten slagen, we moeten een gezin beginnen… en ga zo maar door.
Waarom ‘zou ik al deze dingen moeten doen?’ Omdat dit is wat onze cultuur, onze maatschappij of onze traditie ons vertelt! Wat als we zouden inzien dat slagen voor een examen, altijd maar ja en amen zeggen tegen onze ouders, de juiste studie kiezen of trouwen niet zo zwaar ‘zou moeten’ wegen?
Wanneer ‘zou moeten’ ons een schuldgevoel geeft en ons angst aanjaagt
De maatschappelijke normen waar we onder leven bestaan al heel lang en de meeste mensen trekken deze dan ook niet in twijfel. Al die morele en culturele wetten die impliceren dat we van alles ‘zouden moeten’ zijn weliswaar niet bedacht om ons lastig te vallen of te vervolgen, maar feit blijft dat ze onze kans om onze eigen beslissingen te nemen dikwijls in de weg staan.
Wat gebeurt er als we al die dingen waarvan we al van jongs af aan te horen kregen dat we ze ‘zouden moeten doen’, niet doen? Het idee alleen al maakt ons bang, zelfs al zouden we hierdoor gelukkiger zijn. Als we niet voldoen aan dat wat we ‘zouden moeten’, dan voelen we ons schuldig.
De gedachte die zegt dat ‘als we ons niet aan sociale normen houden, we onze maatschappij schaden’, gaat vaak genoeg niet op. Dat we niet gestudeerd hebben en geen universiteitsdiploma behaald hebben, maakt ons nog geen slechte mensen. Dat we niet getrouwd zijn, betekent niet dat we een bedreiging zijn voor de gemeenschap.
Richt je op de handelingen die jou gelukkig zullen maken, zelfs als ze niet vallen onder de dingen die we ‘zouden moeten doen’. Ga aan het werk en zet je gedachten om in daden. Vaak genoeg zijn het bepaalde irrationele of op ons overgebrachte ideeën die een gelukkig leven in de weg staan.