Tieners en risicovol gedrag: waarom doen ze het?
De Franse antropoloog David Le Breton heeft lange tijd tieners en risicovol gedrag bestudeerd. Hij heeft dit gedaan door een humanistische bril, en hield rekening met factoren als leegte en sociale druk in de moderne wereld.
Risicovol gedrag houdt in dat een persoon zichzelf vrijwillig en herhaaldelijk in een gevaarlijke situatie plaatst. Wanneer we zeggen dat het gevaarlijk is, bedoelen we dat het hun fysieke of mentale gezondheid of zelfs hun leven in gevaar kan brengen.
De adolescentie lijkt hiervoor een bijzonder gebruikelijke tijd te zijn. Tieners vertonen vele vormen van risicovol gedrag. Om maar een paar voorbeelden te geven:
- Onbeschermde seks
- Extreme sports
- Uitdagingen
Verder vele vormen van zelfmoordgedrag zoals veel te snel rijden, naar gevaarlijke plaatsen gaan, of omgaan met gevaarlijke mensen.
“Jongeren hebben altijd hetzelfde probleem – hoe kun je rebelleren en conformeren op hetzelfde moment. Ze hebben dit nu opgelost door hun ouders te trotseren en elkaar te kopiëren.”
-Quentin Crisp-
Tieners en risicovol gedrag
De adrenaline
Veel tieners die risicovol gedrag vertonen, zeggen dat ze op zoek zijn naar ervaringen die hen adrenaline geven en waardoor ze intense emoties ervaren. Het idee hier is dat ze zich daardoor meer levend voelen. Voor hen is dit wat het betekent om “het leven intenser te leven.”
Hoewel exploratie een sleutelrol speelt in de adolescentie, voelen niet alle tieners dezelfde drang om hun grenzen te verleggen. Het is ook waar dat niet alle tieners het gevoel hebben dat ze “het leven missen” als ze die dingen niet doen.
Er zijn elk jaar talloze nieuwsberichten over tieners die zijn overleden als gevolg van risicovol gedrag. We hebben het over dingen als het leegdrinken van een hele fles tequila of vanaf het dak in een zwembad springen. Sommige tieners kunnen zelfs lid worden van bendes of omgaan met mensen die “voor de ervaring” illegale dingen doen.
De evolutie van risicovol gedrag
Nog maar een paar decennia geleden hadden jongeren de neiging om dat verlangen op een andere manier te kanaliseren. Zoals de meeste dingen, is ook risicovol gedrag gevoelig voor de huidige trends. Volgens antropoloog David Le Breton werd dit soort gedrag in de jaren zeventig van de vorige eeuw zelfs steeds populairder.
Hij beschouwt drugsverslaving als de eerste manifestatie van risicovol gedrag in die periode. Vanaf de jaren zestig begonnen jongvolwassenen drugs te gebruiken. In de jaren zeventig waren ze al gemeengoed geworden. Hij denkt ook dat de anorexia-epidemie tegen het einde van de twintigste eeuw begon.
In de jaren negentig zagen we de eerste tienermassamoordenaars. Ook begon rond deze tijd de bende-mentaliteit dieper door te dringen. Scarificatie, het maken van insnijdingen in je huid, werd ook populair in de jaren negentig. Tatoeages en piercings waren een pijnlijke, maar getolereerde modetrend.
Er zijn de laatste jaren andere risicovolle gedragstrends geweest. Zo zijn er sinistere uitdagingen te vinden op sociale media of mensen die contact hebben met radicale groepen en zich later bij die groepen aansluiten.
Wat is er aan de hand met tieners vandaag de dag?
Le Breton zegt dat we meer en risicovol gedrag zien bij tieners vanwege één fundamentele reden: iedereen vecht uiteindelijk voor zichzelf. Er is een wijdverspreid verval van oude instellingen in onze samenleving. Een van de belangrijkste is het gezin.
Soortgelijke dingen gebeuren met grotere sociale instellingen zoals kerken, scholen en politieke macht. Deze sociale krachten zijn niet langer een referentiepunt voor de jongere generaties.
Tieners nemen risicovol gedrag aan om hun grenzen te ontdekken en de grens tussen wat zij verdraaglijk en onverdraaglijk vinden. Het probleem is dat ze die grens niet altijd vinden.
Wanneer een jongere geen modellen heeft om te volgen, heeft hun relatie met de wereld een zeer fragiele basis. Ze beginnen een lange zoektocht naar betekenis, die vaak leidt tot deze gevaarlijke verkenningen.
Hoewel veel jongeren tegenwoordig in hetzelfde huis als hun ouders opgroeien, is er een grote afstand tussen hen. Natuurlijk hoeven ouders niet altijd letterlijk bij hun kinderen te zijn, maar ze moeten wel in het leven van hun kinderen staan. Helaas is dit niet altijd het geval.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Santander, S., Zubarew, T., Santelices, L., Argollo, P., Cerda, J., & Bórquez, M. (2008). Influencia de la familia como factor protector de conductas de riesgo en escolares chilenos. Revista médica de Chile, 136(3), 317-324.