Je kind helpen met zijn huiswerk: 5 tips om het goed te doen
Huiswerk maakt deel uit van de dagelijkse routine van veel kinderen over de hele wereld. In de meeste onderwijsprogramma’s is aangenomen dat het voor een effectieve assimilatie van kennis, vanaf een bepaalde leeftijd nodig is dat een kind individueel opdrachten verricht. Op de basisschool dient huiswerk als een manier om een routine te creëren, naast het helpen van kinderen die iets achterlopen. Als ze ouder zijn, beginnen ze steeds regelmatiger huiswerk te krijgen.
Op de basisschool hebben kinderen vaak maar één leraar voor alle of de meeste verschillende vakken. Deze juf of meester heeft absolute controle en weet welke taken hij als huiswerk heeft opgegeven. Ze kunnen min of meer de tijd inschatten die nodig is om de opdrachten te volbrengen. Als kinderen iets ouder zijn, wordt de kwestie een beetje ingewikkelder. Op de middelbare school hebben kinderen namelijk per vak een andere leraar. Dat betekent dat de opdrachten die één leraar geeft meestal onbekend zijn voor de andere leraren. Dit kan het eerste probleem zijn dat zich voordoet bij huiswerk, dat er een gebrek is aan communicatie tussen docenten.
De meeste leraren hebben de neiging om te denken dat meer minder is. Of dat kennis beter blijft hangen naarmate het vaker moet worden toegepast. Twee theorieën die geldig zijn als we ze vanuit een abstract gezichtspunt beschouwen. Maar ze vormen in sommige opzichten een probleem. Er zijn meer vakken, meer naschoolse activiteiten of extra problemen voor kinderen die geen goede basiskennis hebben.
Huiswerk ‘do’s’ en huiswerk ‘don’ts’
In de afgelopen paar maanden is er opnieuw een interessant debat op gang gekomen over huiswerk. Ouders kwamen met getuigenissen over hoe hun kinderen elke dag veel te veel huiswerk meekregen. Dit is iets dat bepalend is voor de schema’s van ouders en dat ervoor zorgt dat ze secundaire leerkrachten worden. Meestal omdat het huiswerk niets te maken had met dingen die de kinderen al in de klas hadden gezien of geleerd.
Als je de onderwijssystemen over de hele wereld analyseert, zul je merken dat er verschillende leerstijlen zijn. China is waarschijnlijk een van de meest pro-huiswerklanden, in vergelijking met Finland of Korea, die aan de andere kant van het spectrum zitten. We hebben het over culturen die totaal anders zijn. Hoewel het nog steeds verrassend is hoe twee landen zoals China of Finland, qua onderwijs, zich in zulke tegenovergestelde extremen kunnen bevinden.
In onze cultuur gebeurt er iets heel interessants. Een axioma waar ik nooit bij zou hebben stilgestaan als ik niet had gezien hoe een vader die ongeschreven wet verbrak. Wat er gebeurt, is dat de meeste ouders absolute prioriteit geven aan schoolwerk. Huiswerk is belangrijker dan het bezoeken van familieleden, het bezoeken van musea en het bijwonen van educatieve gesprekken. Een kind kan vrij zijn van al het andere, maar niet van zijn huiswerk. Ik zal je hierover laten nadenken, aangezien het niet het onderwerp van dit artikel is.
Hoe kunnen we onze kinderen helpen met hun huiswerk?
Net zoals de meeste kinderen huiswerk moeten maken, zijn de meeste ouders meestal heel enthousiast. Ze willen ze ervoor zorgen dat hun kinderen hun huiswerk ook daadwerkelijk doen. Deze aandacht neemt meestal af naarmate het kind ouder wordt en continu aantoont dat dit een verantwoordelijkheid is die hij geleerd heeft zelf aan te pakken.
In die ‘waakzaamheid’ zijn er momenten waarop ouders beseffen dat hun kinderen hulp nodig hebben. Of het zijn het de kinderen zelf die om hulp vragen. De vraag is dus, hoe kunnen we hen helpen op een manier die hun leren niet zal belemmeren? Laten we naar vijf belangrijke aspecten kijken die ons kunnen helpen het antwoord op deze vraag te begrijpen.
Laat het kind de verantwoordelijkheid nemen
Allereerst moeten we het gewicht van het huiswerk niet zelf dragen. We zijn slechts helpers – mensen die hints geven, die de geest verruimen, die nuttige informatiebronnen leveren, die een probleem begrijpelijker maken. Maar wij zijn niet degenen die het huiswerk maken. Het is dus niet aangeraden om naast je kind te gaan zitten terwijl hij bezig is met zijn huiswerk.
Het is veel beter om af en toe hulp te bieden en dit nooit vanaf het begin te doen. Houd in gedachten dat als we vanaf het begin helpen, we het kind vertellen dat we vinden dat hij het niet alleen kan.
Laat je kind zijn werk in de klas nakijken
Het tweede aspect heeft te maken met het vermijden van een van de neigingen waar veel ouders gevoelig voor zijn. Corrigeer hun huiswerk niet thuis. Als je dat doet, voorkom je dat je kind leert deze taak in de klas te volbrengen, wat net zo belangrijk is. Bovendien kan de leraar zo niet weten hoe goed je kind een bepaald onderwerp snapt. Daarnaast kan hij de moeilijkheidsgraad van het huiswerk dat hij geeft niet aanpassen.
Zorg voor een rustige omgeving
Het derde aspect heeft te maken met het creëren van een ruimte waarin het kind zich op zijn gemak voelt. Waar hij niet te veel afleidingen zal hebben. Het is ook goed om een schema op te stellen voor wanneer je kind aan zijn huiswerk moet en wanneer het af moet zijn. Dit zou altijd moeten zijn nadat het kind iets heeft gegeten en een beetje heeft uitgerust.
Houd een agenda bij
In de laatste groepen van de basisschool zou het verstandig zijn om je kind een agenda bij te laten houden. Hierin kan hij zijn huiswerk en belangrijke datums bijhouden. Hierdoor krijgt het kind een duidelijker beeld van alle taken die hij al voltooid heeft. En dit zal een zeer positieve bekrachtiging zijn. En het geeft jou als ouder een goed excuus om de inspanningen van je kind te erkennen.
Verdeel het huiswerk op basis van moeilijkheid en voorkeur
Het vijfde en laatste aspect betreft het indelen van de opdrachten. Probeer de indeling zo te maken dat je kind niet hoeft te beginnen of eindigen met de opdrachten waar hij het meeste moeite mee heeft. Het beste zou zijn om deze opdrachten tussen twee andere opdrachten te plaatsen die makkelijker voor hem zijn. Of die hij leuker vindt. Op deze manier zal hij zich niet ontmoedigd voelen om verder te moeten gaan met de rest van zijn huiswerk. Bovendien blijven de moeilijkere opdrachten zo ook niet over totdat je kind eigenlijk al moe is.
Eerder hebben we gezegd dat je het huiswerk niet moet corrigeren. Wat wel aan te raden is, is om te kijken of je kind zijn eigen huiswerk heeft gecorrigeerd. En om ervoor te zorgen dat hij de gemaakte fouten begrijpt. Bovendien zul je hierdoor ook een beter inzicht krijgen in het proces dat de leraar probeert uit te voeren om de problemen die je kind heeft met bepaalde onderwerpen te verbeteren.
Als we dit goed doen, voorkomen we niet alleen dat we de autonomie van onze kinderen in verband met hun huiswerk belemmeren, we zullen ook bijdragen aan de waarde ervan. Het is ook een gelegenheid om tijd met je kind door te brengen en hem het gevoel te geven dat hij belangrijk voor je is. Dit gaat verder dan simpelweg richtlijnen geven of meer directe tekenen van genegenheid tonen.