Het verband tussen genetica en de liefde voor lezen
Lezen is een van de gebieden waarop ouders en leerkrachten een grotere inspanning leveren bij de opvoeding van kinderen. Ze zijn inderdaad geneigd hen aan te sporen, te motiveren en uit te nodigen om regelmatig te lezen, met het doel dat ze kunnen profiteren van de voordelen ervan. Deze variëren van betere schoolprestaties tot toegang tot allerlei soorten kennis. Of gewoon hun fantasie de vrije loop laten. Maar niet alle kinderen staan open voor het idee van lezen en dat komt niet alleen doordat ze eigenwijs zijn. In feite is de liefde voor lezen deels een kwestie van genetica.
Het is een onontkoombare realiteit dat, terwijl sommige kinderen graag lezen en het ene boek na het andere verslinden, anderen helemaal niet willen lezen. Zij zien het zelfs meer als een straf dan als iets om van te genieten.
In de regel schrijven we deze verschillen toe aan de stimulans die hun omgeving biedt. We denken bijvoorbeeld dat hun leesgewoonten thuis of op school niet voldoende worden gestimuleerd. Maar we zijn geneigd de genetische component over het hoofd te zien.
Liefde voor lezen is een kwestie van genetica
De dichotomie tussen genetica en omgeving is een debat dat betrekking heeft op vrijwel alle gebieden van de persoonlijkheid. Studies met tweelingen blijken een van de beste manieren te zijn om de invloed van elk van deze elementen te analyseren.
In dit specifieke geval werd onderzoek gedaan (Engelse link) met betrekking tot lezen en waarom sommige kinderen ervoor kiezen meer te lezen dan andere. De resultaten waren buitengewoon interessant.
Toen de onderzoekers groepen tweelingen vergeleken met betrekking tot leesvaardigheid, ontdekten ze dat hun bevindingen geëxtrapoleerd konden worden naar de algemene bevolking. Erfelijkheidsanalyses toonden aan dat leesvaardigheid zeer erfelijk was, maar dat genetische en omgevingsinvloeden even belangrijk waren met betrekking tot hoeveel een kind leest.
De resultaten suggereerden eigenlijk dat de leesvaardigheid van kinderen bepaalt hoeveel ze kiezen om te lezen, in plaats van andersom. We zouden kunnen veronderstellen dat meer oefening hen een grotere vaardigheid geeft. Toch lijkt het omgekeerd te werken. Kinderen met een hogere leesvaardigheid lezen meer omdat ze er meer plezier in hebben.
Dit is gemakkelijk te begrijpen. Voor kinderen met minder vaardigheid is het inderdaad begrijpelijk dat boeken minder toegankelijk en minder plezierig zijn.
In feite kunnen ze moeite hebben om de teksten te ontcijferen en de betekenis ervan te begrijpen en te ordenen. Deze effecten zijn nog beter zichtbaar als we denken aan kinderen met dyslexie (voor wie lezen een uitdaging is) of ADHD (voor wie geconcentreerd blijven lezen een uitdaging is).
De invloed van de omgeving
Bovenstaande bevindingen geven aan dat genetica veel te zeggen heeft over de liefde voor lezen. Maar, hoe zit het met de omgeving? Heeft die enige invloed? In feite is een van de meest relevante factoren in dit verband de kwaliteit van het onderwijs en de manier waarop leerkrachten het leren lezen benaderen. Onderzoek heeft aangetoond (Engelse link) dat dit invloed heeft, maar slechts tot op zekere hoogte.
Als kinderen geen goede leerkrachten hebben, ontvouwt hun potentieel zich niet. Aan de andere kant, als ze goede leerkrachten hebben, bepalen genetische factoren in hoeverre hun leesvaardigheid zich ontwikkelt. Dat is dus iets waar we geen enkele invloed op hebben.
Maar dat betekent niet dat we alles aan de genetica moeten overlaten wat betreft de leeslust van een kind. Er zijn namelijk belangrijke bijdragen die we kunnen leveren als we willen dat ons kind een passie voor lezen ontwikkelt.
Hoe kun je een kind aanmoedigen om te lezen?
- Maak gebruik van goede onderwijsmethoden. Zoals we al eerder zeiden, is de kwaliteit van leerkrachten en het onderwijsproces uiterst relevant. Zij kunnen immers de ontwikkeling van het natuurlijke potentieel van een kind bevorderen of blokkeren.
- Moedig kinderen aan om thuis en op school van lezen en schrijven te houden. Hoewel niet de bepalende factor, blijkt uit onderzoek (Engelse link) dat dit soort omgevingsinvloeden zowel het plezier in lezen als de literaire vaardigheden van een kind beïnvloeden.
- Bied hen mogelijkheden om te oefenen. De hoeveelheid lezen kan ook het plezier van een kind in deze activiteit vergroten. Het kan ook helpen hun vlotheid te verbeteren. Daarom is het positief om minderjarigen aan te moedigen vaak te lezen.
Tot slot heeft onderzoek aangetoond dat de liefde van een kind voor lezen niet alleen het gevolg is van hoeveel ze lezen. Het wordt ook beïnvloed door hun leesvaardigheid. Omdat deze grotendeels erfelijk zijn, kunnen we niet verder gaan dan bepaalde vaste punten.
We kunnen echter wel een positieve invloed uitoefenen door gebruik te maken van de invloed van de omgeving waarin ze opgroeien, zowel op school als thuis.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Haughbrook, R., Hart, S. A., Schatschneider, C., & Taylor, J. (2017). Genetic and environmental influences on early literacy skills across school grade contexts. Developmental science, 20(5), e12434. https://onlinelibrary.wiley.com/doi/abs/10.1111/desc.12434
- Taylor, J., Roehrig, A. D., Hensler, B. S., Connor, C. M., & Schatschneider, C. (2010). Teacher quality moderates the genetic effects on early reading. Science, 328(5977), 512-514.
- van Bergen, E., Snowling, M. J., de Zeeuw, E. L., van Beijsterveldt, C. E., Dolan, C. V., & Boomsma, D. I. (2018). Why do children read more? The influence of reading ability on voluntary reading practices. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 59(11), 1205-1214.
- van Bergen, E., Hart, S. A., Latvala, A., Vuoksimaa, E., Tolvanen, A., & Torppa, M. (2021). Literacy skills seem to fuel literacy enjoyment, rather than vice versa. Developmental Science, e13325.