Neem bij onderdrukking niet je toevlucht tot geweld
Onderdrukking leggen we uit als de onderwerping van de ene groep door de andere groep. Het wordt opgelegd door een asymmetrische macht. Vaak wordt het ook versterkt door vijandige omstandigheden zoals bedreigingen of effectief geweld.
Onderdrukte groepen ervaren dan bedreigingen en aanvallen van een machtigere groep. Onderdrukking betekent ook dat mensen zich vernederd en beledigd voelen. Je hebt dan het gevoel dat jij minder kansen krijgt en dat de wetten niet voor iedereen gelijk zijn.
Is onderdrukt zijn een geldige reden om geweld te ontketenen? Aanvankelijk geloofden deskundigen dat onderdrukking de oorzaak van geweld was.
Dit idee vindt zijn oorsprong in de hypothesen van frustratie-agressie en van relatieve ontbering. Deze hypothesen stellen dat onderdrukking, frustratie en vernedering enkele van de variabelen zijn die geweld uitlokken.
De frustratie-agressie hypothese
Dit is één van de eerste theorieën die deskundigen toepasten om te verklaren hoe geweld ontstaat: de frustratie-agressie hypothese. Deze theorie stelde dat agressie het resultaat van frustratie was. De realiteit heeft echter nooit deze theorie bevestigd.
Gegevens wezen er immers op dat frustratie niet onvermijdelijk tot agressie leidde. Gefrustreerde mensen hoefden geen geweld te gebruiken. Soms zorgde frustratie er zelfs voor dat mensen problemen oplosten. In andere gevallen trad geweld op hoewel frustratie afwezig was.
“Ook al wordt een arme man rijk, toch zal hij blijven aan dezelfde kwalen lijden die de armen treffen als resultaat van de onderdrukking waaronder hij in het verleden geleden heeft.”
-Eduardo Punset-
Er is dan ook geen reden om frustratie te beschouwen als een noodzakelijke en voldoende factor om agressie te veroorzaken. Psychologen en sociale wetenschappers hebben de hypothese dus opnieuw geformuleerd.
Alleen aversieve frustratie onder bedreiging zou dan tot agressie leiden. Op deze manier zou frustratie dan toch woede en haat kunnen bevorderen. Deze emotionele toestanden zouden dan de aanleidingen zijn die in de confrontatie met een bedreiging agressie uitlokken.
Ook dit nieuwe voorstel blijkt echter niet altijd waar te zijn. Frustratie in de confrontatie met een bedreiging kan inderdaad agressie bevorderen. Het is echter niet bepalend voor agressief gedrag.
Relatieve ontbering
De frustratie-agressie theorie bleek dus te falen. Een nieuwe theorie verscheen toen. De theorie van de relatieve ontbering stelt dat frustratie veroorzaakt wordt door relatieve ontbering. Wat bedoelt men hiermee? Relatieve ontbering is een vervormde waarneming van behoeften.
Het is de overtuiging dat we beroofd zijn van een behoefte of een recht. Volgens deze theorie treedt een opstand op wanneer mensen de omstandigheden van ongelijkheid niet verdragen waarin hun groep leeft.
“Onderdrukking. Verzet. Verraad. Hij gebruikte grote woorden zonder te weten waarvoor ze stonden.”
-Nadine Gordimer-
Relatieve ontbering bevordert geweld, vooral bij de leden van een sociale klasse of van een onderdrukte groep. Dit maakt het echter niet tot een factor die altijd geweld uitlokt. Armoede en economische ongelijkheid kunnen inderdaad tot geweld leiden. Toch zullen ze niet altijd dit effect hebben. Het gebeurt zelfs in de meeste gevallen niet.
Waargenomen onderdrukking
Waargenomen onderdrukking op zich is niet voldoende om geweld te veroorzaken. Toch is het een cognitieve-emotionele variabele die een potentiële risicofactor vormt. Onderdrukking hoeft immers niet echt te zijn. Het kan alleen maar vermeend zijn.
Geloven dat een andere groep ons bedreigt, kan genoeg zijn om ons onderdrukt te voelen. Het begrip onderdrukking omvat vroegere theorieën. Dat is ook de reden waarom het negatieve gevoelens omvat zoals frustratie en cognitieve gewaarwordingen zoals ontbering.
Onderdrukking maakt niet noodzakelijk deel uit van de groep factoren die uiteindelijk tot gewelddadig gedrag leiden. Het is echter wel verbonden met sommige klinische symptomen zoals angstgevoelens of depressie. Bovendien ontwikkelen mensen die zich onderdrukt voelen, vaak meer emotionele stress.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- The problems of relative deprivation: Why some societies do better than others. Wilkinson, Richard G.; Pickett, Kate E. Social Science and Medicine. 2007.