Discipline: uitstel smaakt zoet
Heb je ooit al gehoord van het Marshmellow-experiment? Deze interessante studie werd uitgevoerd tijdens de jaren 1960 en 1970 op Stanford University door de psycholoog Walter Mischel. Men werkte met 5-jarigen die na een taak beloond werden met een snoepje of marshmellow. Ze kregen de keuze om het snoepgoed meteen op te eten of om de discipline op te brengen eventjes te wachten, terwijl de tester voor korte tijd de kamer verliet. Als het kind gewacht had en de tester opnieuw de kamer binnenkwam, dan werd een dubbele beloning uitgedeeld.
Deze eenvoudige test bestaande uit het uitdelen van een beloning na een taak, slaagt er bijzonder goed in om doorzettingsvermogen, geduld, inspanning en discipline bij kleine kinderen te testen. Nadien werd gedurende 16 jaar nagegaan hoe goed ze het deden op school. Men ontdekte hierbij de aanzweigheid van interessante gedragspatronen.
De kinderen die het wachten moeilijk vonden en de marshmellow verorberden voordat de tester terug de kamer in kwam, haalden gemiddeld slechtere schoolresultaten, met een hoger percentage schoolverlaters alvorens een diploma te halen in vergelijking met de kleuters die wel de discipline hadden om te wachten met het opeten van de beloning tot de tester opnieuw de kamer inkwam. Vervolgstudies werden opgezet en de conclusies waren verrassend. Vaak blijkt deze disciplinetest beter academisch succes te voorspellen dan de traditionele intelligentietests.
Hoe kunnen we onze kleintjes meer discipline aanleren?
Leren om verantwoordelijkheid te dragen en gedisciplineerd te zijn, helpt elk individu om zelfstandig te worden en een emotioneel stabiel leven op te bouwen. Het leidt je op de weg naar volwassenheid en maturiteit.
- Leer de waarde van discipline aan vanaf dat je baby geboren wordt. Voed je baby op geregelde tijdstippen en las regelmatige rust- en bedtijden in. Het is belangrijk te praten met je baby. Het zorgt ervoor dat eigenwaarde en zelfrespect ontwikkeld worden.
- Stel vaste huisregels op. Het is belangrijk dat kinderen van jongs af aan leren dat er regels bestaan die moeten worden gevolgd. Ze leren snel aan dat er grenzen bestaan waar iedereen in het gezin zich aan houdt. Dat betekent natuurlijk niet dat die speciale dagen niet bestaan waar de regels een beetje kunnen worden “aangepast”. Denk maar aan een gezellige zondagmiddag, een verjaardag, Kerstmis of een weekendje slapen bij oma en opa.
- Geef je kind enkele verantwoordelijkheden aangepast aan zijn leeftijd. Kleine klusjes in en rondom het huis zoals de tafel afruimen of speelgoed opbergen geven je kind het gevoel belangrijk en verantwoordelijk te zijn. Zorgen voor een geliefd huisdier leert je dreumes van kleins af aan zorg te dragen voor degenen rondom hem heen.
- Gebruik altijd positieve bekrachtiging. Gebruik altijd positieve woorden om goed gedrag te belonen. Vermijd het afstraffen van wat niet goed gaat, maar focus altijd op het goede resultaat. Bijvoorbeeld: ik weet dat je dit kan en dat je de kamer netjes zal opruimen.
- Zorg ervoor dat je altijd goed communiceert met je kind. Het geeft je kind het gevoel dat het altijd op jou kan rekenen. En dat er eerlijke communicatie bestaat over wat je verlangt en hoe het bereikte resultaat was. Geef hen de middelen en mogelijkheden om het onderhandelen aan te leren. Zo bouwen ze het besef op dat niet zomaar alles kan, maar het toont eveneens aan dat ze niet aan een strikte dictatuur onderworpen zijn. Het zal hun zelfvertrouwen enkel groter maken en ze stimuleren om zelf verstandige beslissingen te nemen en verantwoordelijk met anderen om te gaan.
- Leg uit waarom iets moet. Als je uitlegt waarom tanden poetsen nodig is tegen gaatjes of waarom het dragen van een autogordel je beschermt bij een ongeval, dan zal je dreumes vast en zeker begrijpen wat je bedoelt. Ze leren aan dat de regels opgesteld worden om schade te voorkomen. Dat je met regels makkelijker kan samenwerken. “Omdat ik het zeg” hoeft dan niet meer de standaard verklaring te zijn.
- Geef zelf het beste voorbeeld. Geen betere manier om iets aan te leren aan je kroost dan zelf het goede voorbeeld te geven. “Walk the walk”, zodat je niet hoeft te preken of te straffen. Je woorden zullen zo veel geloofwaardiger zijn. Je zal bovendien merken dat luisteren en je voorbeeld volgen helemaal geen probleem zal zijn.