De locus of control en je geestelijke gezondheid
In de loop van je leven ervaar je successen en mislukkingen, en ongunstige en plezierige situaties. We verschillen echter allemaal in hoe we interpreteren wat ons overkomt. Misschien heb je bijvoorbeeld de neiging om je verantwoordelijk te voelen voor dingen die gebeuren. Of, misschien geef je anderen de schuld of denk je dat het willekeurige gebeurtenissen zijn. Je bent geneigd dit gedrag gedurende je hele leven te herhalen. Dit staat bekend als de locus of control. Het heeft een belangrijke relatie met je geestelijke gezondheid.
Het gevoel dat je in een oncontroleerbaar universum leeft en dat je werkelijkheid wordt beheerst door externe krachten is niet hetzelfde als het gevoel dat je zelf in de hand hebt om gebeurtenissen te veranderen en te laten gebeuren.
In feite bepaalt de mate waarin je jezelf identificeert als veroorzaker je gevoel van eigenwaarde en zelfeffectiviteit. Het voorspelt ook de kans dat je lijdt aan angst, depressie of andere psychische stoornissen.
Dit verband is echter niet altijd lineair en direct. Bovendien is het niet noodzakelijk om altijd hetzelfde type locus of control te gebruiken.
De locus of control
De locus of control betreft de plaats waar je de oorsprong van de gebeurtenissen in je leven plaatst. Dat kan intern of extern zijn. Julian B. Rotter ontwierp dit begrip om de toeschrijvingen aan te duiden die individuen maken over de oorzaken van wat hen overkomt.
Als je bijvoorbeeld een interne locus of control hebt, voel je je verantwoordelijk voor je werkelijkheid en geloof je dat die het resultaat is van je eigen houdingen, vaardigheden en gedragingen.
Als je daarentegen een externe locus of control hebt, ervaar je dat je in handen bent van het lot, andere mensen of omgevingsfactoren. Je ziet jezelf als weinig in staat om je toekomst te beïnvloeden. Daarom neem je een passieve houding aan.
De locus of control ontstaat in de eerste levensfasen en blijft relatief stabiel. Genetica heeft enige invloed, door wat we leren van onze eerste gedragsmodellen en ook door onze doorleefde ervaringen. De twee stijlen zijn over het algemeen echter zo genormaliseerd, dat veel mensen het moeilijk vinden om vast te stellen welke stijl ze hebben.
De locus of control en je geestelijke gezondheid
Het is belangrijk om te begrijpen hoe je locus of control is geconfigureerd. Dat komt omdat het een belangrijke relatie heeft met je geestelijke gezondheid. Het hangt vooral samen met het volgende:
Gebrek aan proactiviteit
Als je een externe locus of control hebt met betrekking tot je gezondheid, dan ben je van mening dat het niet jouw verantwoordelijkheid is om die te behouden en te verbeteren en dat je er weinig aan kunt doen.
Inderdaad, als je welzijn voor een groot deel afhangt van geluk en omgevingselementen die je ziet als buiten je macht, zul je je niet druk maken over wat je in werkelijkheid zelf in de hand hebt.
Geestelijke stoornissen hebben een erfelijke component. Opvoedingsstijlen en vroege ervaringen hebben er invloed op. Uiteraard zijn dit aspecten waarop je niet kunt ingrijpen. Maar, je kunt intern werken aan je overtuigingen, emoties en reacties. Je kunt ook nieuwe zelfregulatiestrategieën en copingvaardigheden aanleren en je houden aan psychologische of farmacologische behandelingen.
Anderzijds, als je een externe locus of control hebt, zul je deze handelingen als weinig waardevol en invloedrijk beschouwen en zul je ervoor kiezen je te verankeren in het soort “ik ben nu eenmaal zo”, “het is wat het is, ik heb altijd pech”.
Depressie
Onderzoek (Spaanse link) beweert dat depressieve symptomen samenhangen met een externe locus of control. Dit komt omdat het aanleiding geeft tot aangeleerde hopeloosheid.
Het individu gaat ervan uit dat hij geen controle heeft over zijn omgeving en dat hij met zijn reacties de loop van de gebeurtenissen niet kan beïnvloeden. In feite geloven ze dat ze geen versterkingen kunnen genereren en niet aan straf kunnen ontsnappen.
De antwoorden variëren echter afhankelijk van de context. Bijvoorbeeld, geconfronteerd met negatieve gebeurtenissen is het depressieve individu geneigd een interne, stabiele en globale attributiestijl te gebruiken. Dit betekent dat ze afleiden dat de gebeurtenissen hun schuld zijn, dat ze zullen blijven voorkomen en alle gebieden van hun leven zullen beïnvloeden.
Wanneer ze echter geconfronteerd worden met positieve gebeurtenissen, gebruiken ze een externe, onstabiele en specifieke attributiestijl. Dit betekent dat ze aannemen dat ze te wijten zijn aan externe oorzaken, dat ze niet altijd aanwezig zullen zijn, en dat ze alleen in een specifieke context voorkomen.
Angst
Deze zelfde negatieve attributiestijl is ook verbonden met angst. Daarom wordt het beschouwd als een kwetsbaarheidsfactor bij verschillende psychische stoornissen. Bij depressie vertaalt de externe locus of control zich in een onvermogen om positieve resultaten te produceren. Terwijl het bij angst samenhangt met een sterk gevoel van onzekerheid, met alle zorgen van dien.
Maar hoewel het waar is dat de externe locus of control leidt tot passiviteit, is de interne soort niet altijd het beste alternatief. In feite verschijnen angstige symptomen in veel gevallen wanneer het individu een buitensporige belasting, druk en verantwoordelijkheid op zichzelf legt.
Dit gebeurt omdat ze van mening zijn dat ze verantwoordelijk zijn voor absoluut alles. Daarom moeten ze ervoor zorgen dat het allemaal goed gaat.
Deze individuen hebben het idee dat piekeren positief en noodzakelijk is. Het is een echt veelvoorkomend symptoom van gegeneraliseerde angststoornis. Het brengt lijders aan een obsessief-compulsieve stoornis er ook toe om verschillende rituelen te gebruiken om hun omgeving te controleren en te voorkomen dat wat ze vrezen gebeurt.
Het belang van evenwicht in de locus of control
In het licht van het bovenstaande volgt dat de sleutel ligt in het vinden van een gezond evenwicht. Uiteraard verdient het de voorkeur om een interne locus van controle te handhaven, waardoor je het gevoel hebt dat je je leven onder controle hebt. Dit geeft je de motivatie en energie om te handelen.
Dat gezegd hebbende, moet je realistisch zijn en in gedachten houden dat bepaalde factoren buiten jezelf ook de resultaten beïnvloeden.
Het is een goed idee om te leren onderscheid te maken tussen wat in jouw handen ligt en wat niet. Als je deze toeschrijvingen kunt bijstellen, zul je je niet langer schuldig, onder druk gezet of weerloos voelen. Integendeel, je zult een goede acceptatie van de werkelijkheid bereiken. Daardoor zul je binnen je mogelijkheden kunnen werken en verbeteren.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Alvarado, R. (2003). El Rol del Locus de Control como Factor Moderador en trastornos Ansiosos y Depresivos en los Adultos Mayores. Psykhe, 12(1). https://dialnet.unirioja.es/servlet/articulo?codigo=8486738
- De las Cuevas, C., & Peñate, W. (2015). El papel del locus de control de salud en la adherencia al tratamiento psiquiátrico. En VIII Congreso Internacional y XIII Nacional de Psicología Clínica. Granada (España), 19- 22 de noviembre de 2015. https://www.researchgate.net/publication/284403899_El_papel_del_locus_de_control_de_salud_en_la_adherencia_al_tratamiento_psiquiatrico
- Doku Ramírez, A., Fonseca Parra, L. F., González Gil, E. J., & Gualdrón Alba, J. C. (2012). Evaluación del Locus de control y su relación con las variables ansiedad y depresión en un grupo de asistentes a atención psicológica. Bachelor’s thesis, Universidad de la Sabana. https://intellectum.unisabana.edu.co/handle/10818/4072
- Sanjuán Suárez, P., & Magallares Sanjuán, A. (2006). Estilo atributivo negativo, sucesos vitales y sintomatología depresiva. Revista De Psicopatología Y Psicología Clínica, 11(2), 91–98. https://doi.org/10.5944/rppc.vol.11.num.2.2006.4020