Het transtheoretisch model van verandering van Prochaska en DiClemente
Het transtheoretisch model van verandering is ontstaan in een poging om te begrijpen hoe mensen hun verslavende gedrag kunnen veranderen. Psychologen James Prochaska en Carlo DiClemente kwamen in 1982 op het idee.
De twee onderzoekers probeerden te begrijpen hoe en waarom mensen veranderen, of ze het nu alleen of met de hulp van een therapeut doen. Ze hebben ook de stadia geschetst die iedereen ondergaat die een gewoonte wil afleren (drugs gebruiken, ongezond eten, enz.). Hun model werkt ook voor de meeste goede voornemens die je misschien elk jaar weer hebt.
Deze fasen zijn van toepassing op elke verandering die je zelf probeert te maken, maar ze zijn ook van toepassing als je hulp van een therapeut krijgt. Met of zonder therapie lijkt iedereen dezelfde fasen te doorlopen en dingen op een vergelijkbare manier te verwerken.
In dit model kunnen we motivatie zien als de huidige staat van een persoon, of als het stadium van voorbereiding op verandering waarin ze zich bevinden. Dit is zeer belangrijk omdat we het woord ‘motivatie’ vaak verkeerd gebruiken. Daarbij komt dat motivatie absoluut noodzakelijk is voor elk proces van persoonlijke verandering.
“Het handelen van iemand heeft bepaalde gevolgen, dat accepteer ik.” zei Scrooge. “Maar als die handelingen veranderen, moeten de gevolgen dat ook doen. Laat me zien dat dat zo is!”
-Ebenezer Scrooge tegen de Geest van Toekomstig Kerstmis, in A Christmas Carol, door Charles Dickens-
Het wiel van verandering in het transtheoretisch model van verandering
Het “wiel van verandering” in het transtheoretisch model van verandering van Prochaska en DiClemente zegt dat er vier, vijf of zes stadia van verandering zijn en dat ze de vorm van een wiel hebben. Dat wil zeggen, ze vormen een cirkel. Mensen die dus verslavend gedrag willen afleren, doorlopen de verschillende fasen van het wiel bijna alsof ze er langs glijden.
Er is een reden dat ze het een wiel noemen: in elk veranderingsproces doorlopen mensen meerdere keren het proces voordat ze tot een stabiel soort verandering komen. In hun eerdere onderzoek met rokers, bijvoorbeeld, ontdekten Prochaska en DiClemente dat rokers tussen de drie en zeven keer (gemiddeld vier) door het wiel gingen voordat ze stopten met roken zoals ze dat voor ogen hadden.
In dit wiel is terugval volkomen normaal. De twee onderzoekers zien het als gewoon weer een ander stadium van verandering. Als psychologen vertellen we onze patiënten soms dat “elke terugval je een stap dichter bij herstel brengt.”
Dit betekent natuurlijk niet dat we hen aanmoedigen om terug te vallen, helemaal niet. We proberen ze er alleen maar aan te herinneren om niet ontmoedigd te raken en in te storten als ze een terugval krijgen.
Fase 1: voorstadium, of precontemplatie
Het startpunt voor het veranderingsproces is het voorstadium. Dit betekent dat iemand nog steeds niet vindt dat hij een probleem heeft of enige verandering in zijn leven moet aanbrengen. Een “precontemplator” is iemand die weet dat hij een probleem heeft, zelfs al is hij zich er niet van bewust.
Fase 2: overwegen, of contemplatie
Zodra iemand zich van het probleem bewust wordt, gaat hij een periode in die vooral te maken heeft met ambivalentie. Dit wordt het stadium van ‘contemplatie’ genoemd. Iemand in deze fase zal nadenken over verandering en tegelijkertijd het idee van verandering afwijzen. De persoon gaat heen en weer tussen de redenen om te veranderen en de redenen om op dezelfde manier te blijven leven.
Iemand die een drankprobleem heeft en zich in deze fase bevindt, kan bijvoorbeeld iets zeggen zoals:
‘Ik vind niet dat ik een drankprobleem heb. Misschien drink ik een beetje te veel, maar ik denk niet dat ik meer drink dan mijn vrienden. Ik kan stoppen met drinken wanneer ik dat wil.’
Zoals je ziet, kan een persoon in deze fase misschien wel herkennen dat hij een probleem heeft, maar heeft hij nog steeds het gevoel alsof hij alles onder controle heeft.
Fase 3: voorbereiding
In het transtheoretisch model van verandering is de voorbereidingsfase een kans. Het maakt plaats voor een nieuwe levensfase. Als iemand in deze fase de actiefase weet te bereiken, gaat zijn veranderingsproces verder. Doet hij dat niet, dan gaat hij terug naar de contemplatiefase (fase 2).
Fase 4: actie
De actiefase is wat de meeste mensen zien als het stadium waar de therapie begint. Dit is waar mensen bepaalde acties beginnen te ondernemen die hen zullen helpen veranderen.
De meeste mensen die stoppen met roken, doen het bijvoorbeeld alleen. Het doel in deze fase is om een verandering aan te brengen in het probleem dat je wilt oplossen. Maar gewoon de intentie hebben om te veranderen, garandeert niet dat je die verandering in de loop van de tijd zult volhouden.
Fase 5: volhouden
In deze fase sta je voor de uitdaging om de verandering die je in de laatste fase hebt bereikt vol te houden en niet terug te vallen. Stoppen met drugs gebruiken, minder drinken en afvallen zijn allemaal vroege stadia van verandering. Wat daarna komt is het handhaven van deze verandering.
Fase 6: Terugval
Tot slot, als je een terugval hebt, is je volgende taak om gelijk weer terug het wiel in te gaan voordat je vast komt te zitten in deze fase. Terugvallen zijn volkomen normaal. Het is iets waar je rekening mee moet houden wanneer je een gedragspatroon probeert te veranderen dat je een hele lange tijd hebt gehad.
Zoals we hebben gezien, bestaat het transtheoretisch model van verandering uit enkele fasen die altijd in een cirkel bewegen. Iemand die verslavend gedrag wil veranderen, doorloopt deze fasen op zijn eigen manier totdat hij er uiteindelijk in slaagt om zijn verandering vol te houden.
Bibliografie
William R. Miller en Stephen Rollnick. Motivational Interviewing: Preparing People to Change Addictive Behavior. Guilford Press. New York, 1991.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- William R. Miller y Stephen Rollnick. La entrevista motivacional. Ed. Paidós. Barcelona, 1999.
- Prochaska, JO, y DiClemente, CC (1983). Etapas y procesos de auto cambio de fumar: Hacia un modelo integrador de cambio. Revista de consultoría y psicología clínica , 51 (3), 390-395. https://doi.org/10.1037/0022-006X.51.3.390
- Prochaska, JO, y Diclemente, CC (1986). Hacia un modelo integral de cambio. En el tratamiento de conductas adictivas (págs. 3–27). Boston, MA: Springer US. https://doi.org/10.1007/978-1-4613-2191-0_1