De effecten van cocaïne op de hersenen
De effecten van cocaïne op de hersenen zijn verwoestend. Het is de op één na meest gebruikte drug ter wereld en het is al sinds de jaren ’80 een gezondheidsprobleem.
De stof, die afkomstig is van de cocabladplant, leidt tot gevoelens van euforie, energie en mentale alertheid bij degenen die het gebruiken. Het vermindert ook hun eetlust en slaapbehoefte.
Naast deze effecten op korte termijn heeft het gebruik van cocaïne ook gevolgen op lange termijn, zoals emotionele en gedragsstoornissen (Engelse link). Lees verder om de belangrijkste effecten van cocaïne op de hersenen te ontdekken op anatomisch, metabolisch en functioneel niveau.
Anatomische en metabolische effecten
Deze stof beïnvloedt de noradrenerge en dopaminerge systemen van de hersenen. Zij bevordert met name de afgifte van noradrenaline, terwijl zij de heropname van serotonine, dopamine en noradrenaline bij synapsen remt.
In de ruimte tussen de communicatie van twee neuronen, ook wel de synaptische spleet genoemd, is de beschikbaarheid van deze neurotransmitters dus veel groter.
Dit effect leidt tot een reeks langdurige veranderingen in de hersenen. Bij post-mortemonderzoeken hebben wetenschappers vastgesteld dat de hersenen van cocaïnegebruikers een lagere hoeveelheid dopamine in het striatum hadden.
Ook een lagere dichtheid van monoamines en de expressie van het RNA dat codeert voor de dopaminetransporter. Bovendien is er een toename van microglia en macrofagen. Dit betekent dat cocaïnegebruik gerelateerd is aan een verlies van dopaminerge terminals, evenals hele neuronen.
Deze cellulaire schade (Engelse link) creëert beloningsroutes, waarvan de dopaminerge route een onderdeel is. Het verandert de functionaliteit ervan en leidt tot dwangmatig gebruik. Ook is de afnemende aanwezigheid van natuurlijke dopamine, een hypodopaminerge toestand, de oorzaak van ontwennings-, depressieve en verlangende symptomen.
Wetenschappers hebben ook vastgesteld dat het gebruik van cocaïne en andere stoffen de aanwezigheid van vrije radicalen en oxidatieve stress verhoogt. Deze zijn natuurlijk noodzakelijk, maar maken integraal deel uit van veroudering en celschade.
Bovendien verstoren zij de werking van de bloed-hersenbarrière. Deze is essentieel voor de bescherming van de hersenen tegen schadelijke stoffen van buitenaf en het behoud van de homeostase.
Cocaïnegebruik houdt ook rechtstreeks verband met effecten op de cerebrale vasculatuur, waardoor het optreden van een beroerte waarschijnlijker wordt. Ook is er een toename van de tumor necrosis factor.
Functionele effecten van cocaïne op de hersenen
De hierboven genoemde veranderingen en beschadigingen hebben een reeks gevolgen voor het neuropsychologisch functioneren van de gebruikers. In het algemeen presteren cocaïnegebruikers slecht bij neuropsychologische evaluaties. Deze effecten manifesteren zich in onder andere:
- aandacht
- geheugen
- inhibitie van reactie
- executieve functies
Meer specifiek tast cocaïne de volgende processen aan:
- selectieve en volgehouden aandacht
- werkgeheugen
- visueel geheugen
- leervermogen
In feite zijn deze effecten duidelijker tijdens perioden van ontwenning.
Wat de uitvoerende functies betreft, hebben cocaïnegebruikers meer problemen met het remmen van reacties. Ze zijn ook impulsiever en minder bedreven in het nemen van beslissingen. Dit is ook gekoppeld aan minder flexibiliteit bij veranderingen en een lager vermogen om fouten te verwerken en incidenten te verwerken.
Kortom, cocaïnegebruik, misschien wel de meest verslavende drug, beïnvloedt consumenten op vele niveaus. Naast de hier beschreven effecten zijn er veel emotionele, gedragsmatige en sociale gevolgen die de levenskwaliteit van een persoon beïnvloeden.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Urigüeña, L. y Calladoa, L.F. (2010). Cocaína y cerebro. Trastornos adictivos, 12(4), 129-134.
- Ramos-Cejudo, J. y Iruarrizaga Díez, I. (2009). Correlatos neuropsicológicos y emocionales implicados en el consumo de cocaína: una revisión teórica a los nuevos hallazgos. Psychosocial Intervention, 18(3), 245-253.