Wat maakt een huis tot een thuis?
Je leven zit vol sensaties en ervaringen die je niet altijd weet te definiëren. Een daarvan betreft de fysieke ruimte die uiteindelijk je huis wordt. Het maakt niet uit of het eigendom is of gehuurd. Soms gebeurt er iets bijna magisch in de uitputtende zoektocht naar een plek om te wonen, een echt thuis.
Je gaat een bepaalde drempel over, kijkt om je heen, en zonder echt te weten waarom voel je je thuis. “Dit is het!” – kondig je aan- zeker dat je binnen die vier muren gelukkig zult zijn. Het is een gevoel dat het midden houdt tussen het emotionele en het intuïtieve, omdat je niet echt in detail kunt aangeven waardoor je je zo voelt.
Hetzelfde kan gebeuren op andere plaatsen die niet van jou zijn. Er zijn inderdaad momenten dat je je, als je in een hotel of in het huis van een vriend of familielid verblijft, zo op je gemak voelt alsof het je eigen huis is. Het is alsof je een diepe band hebt met die fysieke ruimte en wat zich daarin bevindt. Maar hoe zijn deze gevoelens te verklaren? Wat maakt een huis tot een thuis?
Omgevingspsychologen bestuderen de relaties van individuen met de fysieke omgeving waarin ze leven.
Wat maakt een huis tot een thuis?
Een uitdrukking die min of meer universeel is in alle talen is “Home, sweet home.” Maar, zoals we allemaal weten, zijn niet alle huizen zoet of gelukkig. In elk huis zijn er bepaalde dynamieken, ervaringen en elementen die het welzijn van de bewoners bepalen en daarmee hun gehechtheid aan deze omgeving.
Een luxe en comfortabele omgeving maakt een huis niet noodzakelijkerwijs tot een thuis. In feite omvat het proces van emotionele verbondenheid met een huis een reeks variabelen die de omgevingspsychologie al tientallen jaren bestudeert. Het is een fascinerend onderwerp.
De Universiteit van Minnesota (VS) publiceerde op haar website een interessant artikel van de geograaf Yi-Fu Tuan (Engelse link) over hoe mensen het begrip “thuis” construeren.
Hij beweert dat onze huizen de plaatsen zijn waar we tegelijkertijd verlangen naar bescherming en vrijheid. In deze concrete toevluchtsoorden beschermen we ons tegen de buitenwereld, voelen we ons vrij en kunnen we volledig onszelf zijn. Met andere woorden, we kunnen de maskers afzetten.
Dus, welke factoren maken een huis echt tot een thuis? Lees verder om erachter te komen.
Wat je het meest nodig hebt van een huis is je er veilig en voldaan te voelen.
1. De versies van jezelf die je in je huis ziet
Dit is echt een interessante benadering en het overwegen waard. Hazel Markus is sociaal psycholoog aan de Stanford Universiteit (VS). Zij formuleerde de theorie dat onze ‘zelven’ verbonden zijn met een bepaalde context. Bijvoorbeeld, wanneer je naar huurappartementen kijkt en er plotseling een vindt die je bevalt, omdat je jezelf in die ruimte hebt geprojecteerd.
Je stelt je voor dat je in dit huis meerdere rollen speelt en bent wat je wilt zijn. Je visualiseert dat je er uitrust, werkt, kookt en tijd doorbrengt met je familie en vrienden. Dat komt omdat je huis de ruimte is waarin je je als persoon ontwikkelt in al je verschillende versies.
2. Een plek waar in je behoeften wordt voorzien
Wonen in een ongezond huis met veel omgevingslawaai, waarin nauwelijks natuurlijk licht is, voorziet niet in je meest basale behoeften. Zo’n context zorgt voor onrust en ongelukkigheid. Daarentegen wekt het vinden van een rustige woning, goed gelegen, licht en luchtig, en in goede staat, heel andere sensaties in je op.
Je hebt het scenario dat je thuis noemt nodig om al je behoeften te dekken, zowel de basisbehoeften als die welke te maken hebben met zelfrealisatie. Uiteindelijk is een huis een ruimte waar je wilt verblijven en groeien.
3. Plaatsen die andere huizen oproepen waar je gelukkig was
Misschien is het de kleur van de muren, het uitzicht uit de ramen, of zelfs de geur van de omgeving. Er zijn huizen die ons, net als mensen, herinneren aan andere huizen waar we gelukkig waren.
We hebben allemaal een bepaalde gehechtheid aan huizen uit het verleden. Misschien herinner je je met liefde dat huis waar je grootmoeder woonde, het huis waar je woonde toen je klein was, of het huis dat je gebruikte op vakantie.
Soms is het genoeg om een klein detail te waarderen om datzelfde gevoel te ervaren. Het gevoel dat je vertelt dat je in een veilige, stimulerende en warme omgeving bent.
4. Je bezittingen maken van je huis een thuis
Je huis is pas echt ‘van jou’ als je het vult met je eigen bezittingen. Dat komt omdat levenloze voorwerpen ook bouwen wie je bent. Je bent eraan gehecht en ze laten een afdruk achter van wie je bent in een fysieke omgeving.
Wanneer je je huis inricht volgens je eigen smaak en stijl, wordt het bovendien een weerspiegeling van je identiteit. Je huis weerspiegelt immers je geest, je persoonlijkheid en je ervaringen. Daarom moet je de muren vullen met je schilderijen en foto’s, de planken met je boeken, en de kamers met die meubelstukken die jou definiëren.
Een huis is een omgeving die je leven en karakter geeft als je het inricht in overeenstemming met je eigen identiteit.
5. Je huis wordt gedefinieerd door wie erin woont
Een huis is als een entiteit met een eigen leven. Je geeft het leven op het moment dat je het de jouwe maakt, door het te verzorgen, het genegenheid te geven, het te vullen met je bezittingen en het geluid van je dagelijkse leven. Maar om een ruimte met vier muren je echte thuis te laten zijn, heb jevaak de mensen nodig van wie je houdt.
Je familie, vrienden en zelfs je huisdieren zijn degenen die je huis de emotionele afdruk geven die het echt van jou maakt. Soms maakt het niet eens uit waar je bent. Sterker nog, als je bij de mensen bent van wie je houdt, kan een hutje een paleis worden en een appartement van een paar vierkante meter een vijfsterrenhotel.
In elk huis zijn het jouw emoties die de muren verven en jouw welzijn die de tapijten leggen. Daardoor voelt het echt als thuis.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Hinds, Joe; Sparks, Paul (2008-06-01). “Engaging with the natural environment: The role of affective connection and identity”. Journal of Environmental Psychology. 28 (2): 109–120. doi:10.1016/j.jenvp.2007.11.001
- Simpson, J. A. & Rholes, W. S. (Eds.) (1998). Attachment Theory and Close Relationships. New York: Guilford Press.
- Tuan, Yi-Fu (1977). Space and Place. Minneapolis and London: University of Minnesota Press.