Wat betekent het begrip rapport? Technieken om een relatie op te bouwen
Het woord rapport komt van het Franse woord rapporter, wat “terugbrengen” betekent. Het begrip rapport verwijst naar het feit dat de ene persoon een boodschap verstuurt en dat de andere persoon het terugstuurt. Rapport is de verbinding tussen twee of meer mensen. Het is ook de psychologische en emotionele harmonie die nodig is om veranderingen bij beide personen teweeg te brengen.
Rapport is een belangrijke factor in therapeutische relaties. Maar men ziet het vaak over het hoofd. Onderzoekers geloven dat een groot deel van het succes dat men met een psychologische behandeling bereikt, een gevolg is van een goede therapeutische relatie. Of om het op een andere manier te zeggen, wanneer er sprake is van een goed rapport tussen de therapeut en de patiënt.
De relatie met de patiënt
Tijdens de behandeling van een patiënt zijn dingen als de therapeutische benadering, de vorige psychologische evaluatie en de technieken die men tijdens de behandeling gebruikt, heel erg belangrijk. Dat geldt ook voor het tot stand brengen van een goede relatie met de patiënt. Zij moeten je volledig vertrouwen en de behandeling serieus nemen.
Niets anders is van belang als je geen goede relatie met je patiënt hebt. Want het kan alle andere variabelen beïnvloeden. Misschien komt de patiënt niet naar de sessies of zet hij zich niet in voor de behandeling. Hij is misschien niet gemotiveerd om te veranderen of vertrouwt wat je zegt of voorstelt niet.
Wanneer we het over het begrip rapport in de therapeutische betekenis hebben, dan bedoelen we dat mensen wederzijds begrip hebben, bereid zijn tot samenwerking en voldoende empathie hebben om een gewoon probleem aan te pakken en de gewenste doelstellingen te verwezenlijken. Het is tegenwoordig zo belangrijk dat men de toekomstige therapeuten hierover leert. Er bestaan zelfs gespecialiseerde opleidingen over dit onderwerpen. Ze richten zich tot verschillende beroepsdeskundigen, vooral in de gezondheidszorg.
De oorsprong van het begrip rapport
Het begrip rapport of het idee van een therapeutische verbinding werd in de loop van de twintigste eeuw ontwikkeld. De psychoanalist Sigmund Freud beschreef in zijn werk De dynamiek van de Overdracht uit 1912 hoe volgens hem de analist een interesse en een begripvolle houding ten aanzien van de patiënt moest hebben. De doelstelling was dat het gezonde deel van de patiënt een positieve relatie met de analist opbouwde.
Freud omschreef de genegenheid van de patiënt voor de therapeut als een nuttige en positieve vorm van overdracht. In de psychoanalyse is de overdracht een psychologisch proces waarlangs de cliënt zijn onbewuste gedachten en emoties op de andere persoon, de therapeut, overdraagt.
Freud dacht dat positieve overdracht vertrouwen, aanvaarding en geloofwaardigheid bevorderde in hoe de patiënt de therapeut interpreteert. Later ontdekte men echter dat het niet de overdracht was die deze omgeving van vertrouwen en samenwerking tussen de therapeut en de patiënt creëerde. Soms kon dit tot misverstanden leiden, die uiteraard niet positief zijn.
Het was James Zetzel die een onderscheid maakte tussen overdracht en de therapeutische verbinding en het begrip rapport gebruikte. Hij stelde dat de verbinding het niet-neurotische deel van de relatie was. Dit zou het inzicht en de aanname van therapeutische veranderingen mogelijk maken.
Later heeft men het begrip rapport in de meeste therapeutische benaderingen opgenomen en afstand genomen van het idee van de overdracht die de psychoanalyse voorstelde.
De kwaliteit van de relatie
Carl Rogers is de vader van de humanistische psychologie. Volgens hem is het essentieel dat men aandacht schenkt aan de kwaliteit van de relatie tussen de therapeut en de patiënt. Rogers stelde benoemde drie fundamentele kenmerken die de therapeut moest bezitten: verenigbaarheid (of authenticiteit), een onvoorwaardelijke positieve aandacht (of aanvaarding) en empathisch begrip.
In de jaren zeventig heeft Edward Bordin algemene kenmerken omschreven die in de therapeutische relatie moeten aanwezig zijn. Bordin bepaalde ook drie elementen die met het begrip rapport te maken hebben en waarover de patiënt en de therapeut akkoord moeten zijn: opdrachten, doelstellingen en band.
Technieken om een goed rapport te laten ontwikkelen
De twee fundamentele peilers waarop het begrip rapport gebaseerd is, zijn vertrouwen en een vloeiende communicatie. De therapeut en de cliënt moeten elkaars verbale en niet-verbale communicatie begrijpen. Bovendien moet de communicatie asymmetrisch zijn. Want de patiënt moet meer onthullen dan de therapeut.
Dit zijn enkele doeltreffende technieken om een goed rapport te ontwikkelen:
Actief luisteren
Dit lijkt misschien een eenvoudige techniek. Maar het is vaak heel moeilijk om het echt te verwezenlijken. Het houdt in dat je naar de patiënt luistert zonder te onderbreken of waardeoordelen te vormen. Het heeft ook te maken met het door middel van gebaren en uitdrukkingen tonen dat je aan hun kant staat, door aandachtig te luisteren, te begrijpen wat ze bedoelen en empathie voor hun emoties te tonen.
Warmte
Het is ook belangrijk dat je de cliënt warmte toont zodat er een goed rapport kan ontstaan, ook al ken je vele nuttige technieken en heb je veel ervaring.
Want zonder warmte zal de patiënt jou niet vertrouwen of zich voor jou openstellen. Hij zal ook geen belangrijke informatie onthullen. Het gebrek aan vertrouwen zal een rechtstreekse invloed hebben op de mate van inzet die de patiënt voor de behandeling toont. Dit maakt de kans kleiner dat hij de technieken die je voorstelt, zal toepassen.
Als iemand last heeft van een emotioneel probleem, dan zal kilheid helemaal niet helpen. Om de empathie en de aanvaarding te bevorderen waarover Rogers het had, moet er sprake zijn van warmte.
Empathie
Het is duidelijk dat je in staat moet zijn om jezelf in de situatie van de andere persoon te verplaatsen, als je hem wilt helpen. Bovendien maakt het geen verschil of de patiënt aan een gevoelsmatige stoornis lijdt of een misdaad gepleegd heeft. Als je hem wil behandelen, dan moet je de wereld door hun ogen zien. Je moet dit ook doen, zelfs al deel je hun gevoelens niet of ben je niet akkoord met hun daden. De enige manier om vertrouwen op te bouwen en de persoon te helpen, is door empathisch te zijn.
Vertrouwen
Het is belangrijk dat de patiënt zich op zijn gemak voelt wanneer hij naar de therapiesessies gaat. Dit is nodig om naast alle andere dingen die je moet zijn en naast geloofwaardig overkomen, vertrouwen op te bouwen.
De patiënt moet geloven dat je een beroepsdeskundige bent, dat je goed opgeleid bent en dat je alles zal doen wat nodig is om hen de hulp te bieden die ze nodig hebben. Mogelijke manieren van hulp zijn dat je hen doorverwijst naar een andere therapeut of dat je jezelf traint in om het even wat waaraan zij lijden. Op die manier zullen ze jou vertrouwen.
Gemeenschappelijke doelen
Wanneer je rapport ontwikkelt, probeert dan te focussen op de dingen die jullie gemeenschappelijk hebben en die jou zullen helpen in de richting van het therapeutische doel van de cliënt. Het is belangrijk dat je niet afglijdt en uiteindelijk over gemeenschappelijke interesses praat die niets met de doelstelling te maken hebben. Want als je dit doet, dan zal je tijd verspillen. Bovendien zal de relatie niet langer asymmetrisch zijn.
Maar het kan geen kwaad om flexibel te zijn en een ontspannen omgeving te scheppen waar je het over dingen buiten het therapeutische doel kan hebben, zolang je maar voorzichtig bent dat je niet te ver van het onderwerp afdwaalt.
Samenhang tussen de verbale en de non-verbale taal
Wees voorzichtig wat betreft de communicatie met je patiënt. Want mensen zeggen vaak dingen die in tegenspraak zijn met hun uitdrukkingen of gebaren. De samenhang tussen de verbale en de non-verbale taal is fundamenteel voor de therapeutische relatie. Zonder deze samenhang kan je geen omgeving van vertrouwen en samenwerking creëren.
Wanneer je houding of je gezichtsuitdrukking tegenspreekt wat je zegt, dan zal deze non-verbale boodschap overheersen. Want dit gebeurt op een meer onbewuste manier en is dus authentieker.
Net als Rogers gezegd heeft, moet je dus tegenover je patiënt authentiek en oprecht overkomen. Let op je houding en behoud in je verbale en niet-verbale communicatie warmte, aanvaarding en empathie.
Wat kan je doen wanneer je er niet in slaagt een goed rapport tot stand te brengen?
Deze technieken lijken misschien gewoon gezond verstand. Maar het is niet zo gemakkelijk om ze in de praktijk om te zetten wanneer je in je kantoor effectief samen bent met een patiënt. Want therapeuten zijn ook mensen, met hun eigen waarden, houdingen en emoties. Laat deze elementen achter bij de deur zodat de cliënt vooruitgang kan maken.
Zelfs al kan je nog steeds geen goede relatie met de cliënt opbouwen, je hoeft niet ontgoocheld te zijn. Net als je met de mensen in je persoonlijke leven niet altijd een goede klik voelt, kan hetzelfde gebeuren in therapeutische relaties. Dit kan zelfs gebeuren wanneer je je zoveel mogelijk ingespannen hebt om ervoor te zorgen dat het niet gebeurt.
In dit geval is het eerlijkste dat je kan doen, de cliënt naar een andere therapeut doorverwijzen. Die persoon zal wellicht in staat zijn om een betere therapeutische verbinding met de patiënt te ontwikkelen en het proces van persoonlijke groei te hervatten. Op die manier zal niemand van jullie beiden tijd verspillen. Bovendien streef je nog steeds naar het gemeenschappelijke doel, de verbetering van de patiënt.
Referenties
Rogers, C. (1951). Cliëntgerichte therapie: Zijn huidige praktijk, implicaties en theorie. London: Constable.
Corbellá, S., Botella, L. (2003). De therapeutische verbintenis: geschiedenis, onderzoek en evaluatie. Servicio de publicaciones de la Universidad de Murcia. ISSN: 0212-9728
Freud, A. (1936). Het ego en zijn verdedigingsmechanismen. Wien:Int. Psychoanal. Verlag.