Wanneer werk een nachtmerrie wordt

Werk omvat vaak extreem lange uren, moeilijke ploegendiensten en de onmogelijkheid om het werkleven te combineren met het sociale leven of het gezinsleven. De beste interventie is om de bron van stress weg te nemen. Als dit echter onmogelijk is, wat kunt u dan doen?
Wanneer werk een nachtmerrie wordt

Laatste update: 30 december, 2022

We staan allemaal bloot aan verschillende bronnen van druk in ons dagelijks leven. In de regel besteden we acht uur van elke dag aan werk, waardoor het een van de belangrijkste bronnen van stress is. Als het werk in een nachtmerrie verandert, kun je je ondergewaardeerd, opgebrand en hulpeloos voelen.

Gelukkig heb je als mens een groot aanpassingsvermogen. Maar soms kunnen de eisen van je werk je overbelasten, waardoor bepaalde aanpassingsproblemen ontstaan. Dit treft ons allemaal op verschillende manieren.

Werkstress
Werkstress kan ernstige gevolgen hebben voor de fysieke en emotionele gezondheid van werknemers.

Beheer van werkstress om te voorkomen dat je werk een nachtmerrie wordt

De meest effectieve strategie is om de bron van je stress weg te nemen. Misschien kun je enkele van de manieren waarop je werk is georganiseerd aanpassen om vervolgens je aanpassingsvermogen te vergroten.

Je zou bijvoorbeeld je rooster kunnen veranderen en overstappen op een continurooster. Een van de voordelen hiervan (bijvoorbeeld werken van zeven uur ‘s ochtends tot drie uur ‘s middags) is dat je je zo kunt verzoenen met je sociale en gezinsleven. Dit kan niet als je in ploegendienst werkt.

Strategieën om in te grijpen op werkstress

Soms is het echt moeilijk of bijna onmogelijk om de bron van stress weg te nemen. Als dat het geval is, heb je bepaalde strategieën nodig waarmee je de situaties die je ongemakkelijk maken onder ogen kunt zien.

Programma’s ter preventie van werkstress leren je persoonlijke vaardigheden die helpen als het werk een nachtmerrie wordt. Ze richten zich op verschillende doelstellingen. Bijvoorbeeld de manier waarop je werkgerelateerde situaties waarneemt, de manier waarop je ermee omgaat, of de verschillende emotionele reacties die je ervaart.

1. Algemene technieken

Het doel van deze technieken is het vergroten of versterken van je persoonlijke hulpbronnen, zodat je met stress kunt omgaan. Enkele algemene strategieën zijn bijvoorbeeld de volgende.

  • Het ontwikkelen van een goede lichamelijke conditie door regelmatige lichaamsbeweging. Bewegen verhoogt namelijk de fysieke weerstand van je lichaam tegen de gevolgen van stress. Het verhoogt ook je psychologische weerstand. Dat komt omdat lichaamsbeweging je dwingt de aandacht te verleggen. Dit vergemakkelijkt de rust en het herstel van je mentale activiteit.
  • Goed eten. Een goed dieet geeft je de energie om te reageren op de eisen van het leven in het algemeen en het werk in het bijzonder.
  • Sociale steun. Sociale relaties met je referentiegroep helpen je om je aan te passen en bevorderen de integratie. In feite kunnen je sociale groepen een echte bron van psychologische hulp voor je zijn.

2. Cognitieve technieken

Het doel van cognitieve technieken is het bevorderen van alternatieve manieren om situaties waar te nemen, te interpreteren en te evalueren. Er zijn vele technieken van dit type. Hier volgen er enkele:

  • Cognitieve herstructurering. Deze probeert manieren en procedures aan te reiken om de manier waarop je een situatie waarneemt en interpreteert te reorganiseren. Het doel is om meer adaptieve gedachten en interpretaties van werksituaties te bevorderen.
  • Systematische desensibilisatie. Deze techniek beoogt angst en angstreacties op bedreigende situaties te verminderen. Bij blootstelling aan je angsten breng je reacties in praktijk die onverenigbaar zijn met angst.
  • Stressinenting. Je leert en ontwikkelt copingvaardigheden, die werken als ‘psychologische antilichamen’. Het is alsof je een vaccin krijgt, wanneer je lichaam reageert en de indringer bestrijdt. Wat stress betreft, dat bereik je door training in ademhalingstechnieken, ontspanning of probleemoplossing.

3. Fysiologische technieken

Deze technieken zijn gericht op het verminderen van overmatige fysiologische opwinding. Tegelijkertijd verminderen ze het bijbehorende emotionele en fysieke ongemak. Fundamenteel proberen ze je te leren ontspannen en te ademen. Hier volgen twee voorbeelden.

  • Adembeheersingstechnieken. Hiervan zijn meerdere voorbeelden. Hun doel is een betere oxygenatie in het lichaam te bereiken, waardoor je onmiddellijk heilzame effecten kunt verkrijgen.
  • Ontspanningstechnieken voor de geest. Meditatie is hier een vermelding waard. Het helpt je om fysiologische veranderingen te verkrijgen. Dat komt omdat je je aandacht richt op andere activiteiten en je losmaakt van de bronnen van je stress.
Vrouw mediteert
Het ontspannen van de spieren die emotionele spanning hebben opgebouwd, helpt je geest te ontspannen.

4. Gedragstechnieken

Deze technieken bevorderen alternatief, meer adaptief gedrag. Ze omvatten het volgende.

  • Assertiviteitstraining. Deze kwaliteit vergroot je gevoel van eigenwaarde en vermindert daardoor de impact van stress. Het bestaat uit het ontwikkelen van het vermogen waarmee je je gevoelens, verlangens en behoeften vrij, duidelijk en ondubbelzinnig kunt uiten tegenover de mensen om je heen.
  • Training in sociale vaardigheden. Het probeert vaardigheden te ontwikkelen die je succesvol maken als het gaat om het bereiken van persoonlijke doelen met andere mensen. Tegelijkertijd vergroot het je perceptie van effectiviteit en veiligheid in relaties met je collega’s.

Ten slotte is het belangrijk dat je op de werkplek (Spaanse link) strategieën hebt om je tijd te organiseren, vooral als je overwerkt bent. Daartoe hebben we je hierboven enkele echt nuttige strategieën gegeven.

Je zou ook kunnen overwegen om verantwoordelijkheden te delegeren of te verdelen onder je collega’s. Daarnaast is onderhandelen gunstig voor flexibiliteit en begrip voor andermans standpunten. Zo kun je namelijk voorkomen dat je werk een nachtmerrie wordt.


Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.


  • Daza, F. M. (1992). NTP 349: Prevención del estrés: intervención sobre el individuo. Guías de buenas prácticas. Instituto Nacional de Seguridad, Salud y Bienestar en el Trabajo.
  • Olmedo, M. (2010). Estrés laboral. Atrapados por el estrés, 30-35.
  • Atalaya, M. (2001). El estrés laboral y su influencia en el trabajo. Industrial data, 4(2), 25-36.

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.