Søren Kierkegaard: de vader van het existentialisme
Ze zeggen dat Søren Kierkegaard tot op zijn laatste dag hield van zijn geliefde Regina Olsen. Zijn levensdoel was echter om zijn hele lichaam en ziel te wijden aan de filosofie en het christelijk geloof.
Deze Deense theoloog en filosoof moest leven met de pijn dat hij niet bij zijn geliefde kon zijn. Dit stelde hem echter wel in staat om een opmerkelijke nalatenschap op te bouwen.
Het werk van Kierkegaard is voornamelijk gebaseerd op het geloof. Volgens hem is het alleen mogelijk om verlossing en balans te bereiken in tijden van wanhoop door middel van het geloof.
Dit perspectief was een reactie op het idealisme van Hegel. Wat deze beroemde Deense filosoof kenmerkte, was in feite zijn kritiek op de religieuze instellingen die volgens hem hypocriet waren.
Het dualisme dat zijn hele leven vormde, komt vrij duidelijk naar voren in zijn boeken Vrees en beven, Philosophical fragments en Diary of a seducer. Liefde, lijden en onmogelijke passie, ten opzichte van de noodzakelijke behoefte om zich te wijden aan theologie, kenmerken de zware reis die een van de meest relevante en interessante filosofen heeft af moeten leggen.
Terwijl de Deense kerk suggereerde dat er een rationele God was die goede daden beloonde, gaf Kierkegaards God niet om toewijding, maar om angst.
Zijn filosofie vormde de basis van het existentialisme van de twintigste eeuw. Hij definieerde menselijke subjectiviteit en inspireerde ook andere grote denkers zoals Jean-Paul Sartre, Friedrich Nietzsche en Albert Camus.
“Het is beter om te verdwalen in de passie dan om de passie te verliezen.”
-Søren Kierkegaard-
Biografie van Søren Kierkegaard
Søren Kierkegaard werd in 1813 in Kopenhagen geboren in een rijke familie. Zijn vader was Michael Pedersen Kierkegaard, een zeer religieuze wolhandelaar met een conservatieve kijk op het menselijk bestaan.
Zijn moeder was Anne Sorensdatter Lund Kierkegaard, een jonge bediende die zwanger van zijn vader raakte. Dit feit gaf hem het gevoel dat hij het product was van een zondige daad.
De jonge Søren ging naar de School of Civic Virtue en studeerde vervolgens theologie aan de Universiteit van Kopenhagen. Het is echter de moeite waard om te vermelden dat hij vooral geïnteresseerd was in filosofie en literatuur.
Een heel belangrijk moment in zijn jeugd was toen hij de 15-jarige Regina Olsen ontmoette, waarmee hij zich verloofden nadat hij zijn studie had afgerond. Vlak voordat zijn vader in 1838 overleed, liet hij Søren echter beloven dat hij een pastoor zou worden en dat hij zijn leven zou wijden aan God en aan zijn studie.
Deze belofte viel hem zo zwaar dat het onvermijdelijk zijn liefdesleven verstoorde. Hij verbrak zijn verloving met Regina en verhuisde vervolgens naar Berlijn. De volgende tien jaar waren de meest productieve jaren van zijn leven.
Liefde, schuldgevoel en lijden
In 1843 publiceerde hij zes van zijn werken. Een van deze werken was Vrees en beven, waarin hij in detail een onderwerp beschrijft waarover hij het ook in zijn latere werken blijft hebben: zijn liefde voor Regina. In dit specifieke werk onderzoekt hij zijn schuldgevoel, pijn en toewijding aan het geloof.
Datzelfde jaar keerde hij ook terug naar Kopenhagen en kwam hij erachter dat Regina net met Frederik Schlegel was getrouwd. Dit huwelijk heeft de mogelijkheid van een tweede kans voor hun liefde volledig verpest.
Enkele van zijn meest opmerkelijke boeken zijn Filosofische fragmenten, The concept of anxiety en Stages on life’s way. Deze boeken gaan voornamelijk over de gedachten en werkelijkheden die een persoon ervaart wanneer hij geconfronteerd wordt met tegenslag.
De familie van Søren Kierkegaard heeft erg veel tragedies te verduren gekregen, waardoor uiteindelijk alleen nog hij en zijn broer Peter overbleven.
Hun vader herinnerde hen er altijd aan dat ze vervloekt waren, dat ze gedoemd waren te leven in de schaduw van de zonde en dat ze allemaal jong zouden sterven. Helaas is deze ‘voorspelling’ nog uitgekomen ook: Kierkegaard stierf namelijk toen hij 42 jaar oud was.
De oorzaak van zijn dood was echter nooit helemaal duidelijk. Hij leed niet alleen aan een soort handicap, maar ook aan nog een hoop andere gezondheidsproblemen. Gelukkig heeft dit hem er echter nooit van weerhouden de wereld een uitzonderlijke literaire en filosofische erfenis na te laten.
In zijn laatste tijd hier op aarde besloot hij Regina op te nemen in zijn testament, nog zo’n detail dat ons laat zien hoe diep zijn liefde voor haar ging.
De nalatenschap van Søren Kierkegaard
William James citeerde vaak graag Søren Kierkegaard: “Het leven kan alleen achterwaarts begrepen worden; maar het moet voorwaarts worden geleefd.” Kierkegaard was de Deense filosoof en theoloog van de subjectiviteit.
Hij leerde de wereld dat je om te leven moet weten hoe je de juiste keuzes moet maken. Met elke keuze die we maken, geven we vorm aan ons leven en bepalen we wie we zijn en wat we achterlaten.
Kierkegaard deed ook erg zijn best om mensen het gevoel van angst en lijden te laten begrijpen. Angst en lijden maken beide deel uit van het leven. En volgens Kierkegaard was geloof de enige manier om de pijn die ze veroorzaken te verlichten.
Pseudoniemen en existentialisme
Søren Kierkegaard schreef de meeste van zijn werken onder verschillende pseudoniemen, zoals Victor Eremita, Johannes de Silentio, Anti-Climacus, Hilarius Bookbinder of Vigilius Haufniensis. Hij gebruikte deze pseudoniemen met een zeer concreet doel, namelijk om verschillende manieren van denken te vertegenwoordigen.
Deze strategie definieerde wat hij ‘indirecte communicatie’ noemde. Door pseudoniemen te gebruiken, was hij in staat om andere zienswijzen te verkennen. Tegelijkertijd was het een van Kierkegaards doelen om een manier te vinden om mensen te leren leven. Daarom stelde hij drie bestaansgebieden vast:
- Allereerst hebben we het esthetische gebied. Dit gebied vertegenwoordigt een manier van leven die gebaseerd is op plezier, hedonisme of nihilisme.
- Ten tweede is er het ethische gebied. Dit is wanneer het individu in staat is verantwoordelijk te zijn voor zichzelf. In dit gebied moet men in staat zijn goed van kwaad te onderscheiden en dienovereenkomstig te handelen.
- En als laatste hebben we het religieuze gebied. Dit gebied heeft de hoogste positie in de hiërarchie van Kierkegaard. Dit is namelijk het gebied waar mensen een persoonlijke relatie met God tot stand brengen, waardoor ze de meest nobele doelen kunnen bereiken.
De filosoof van angst, de filosoof van ironie
Mensen zoals Albert Camus noemden Søren Kierkegaard ook wel de filosoof van ironie. Kierkegaard verdedigde namelijk standvastig het geloof, maar hij had tegelijkertijd altijd kritiek op de Deense kerk. En hoewel hij de liefde van zijn leven had afgewezen, bleef hij altijd van haar houden en fungeerde ze als muze voor de meeste van zijn werken.
Daarnaast benadrukte hij altijd hoe belangrijk het was om een religieuze geest te cultiveren, maar bleef hij zelf eeuwig vastzitten in een esthetisch-ethisch gebied.
Nog een aspect dat zijn gedachtegang definieerde was het concept dat later zou dienen als inspiratie voor het werk van andere grote schrijvers zoals Kafka, Unamuno en de filosoof Ludwig Wittgenstein. We hebben het over zijn idee van angst, het gevoel dat nooit verdwijnt.
Dit komt omdat angst ons ook helpt te beseffen dat er meer opties in het leven zijn, dat we vrij zijn om een sprong in het diepe te wagen of een stap terug te doen en andere mogelijkheden te onderzoeken. Er is altijd een alternatief voor lijden, maar lijden zelf helpt ons groeien.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- Garff, Joakim (2007) Søren Kierkegaard: A Biography. Princeton University Press