Als angst voor de dood je niet laat leven
Er is een ding dat we in elk geval allemaal zeker weten: we zullen allemaal op een dag doodgaan. Maar dat we het zeker weten, betekent nog niet dat het een makkelijk te verteren gedachte is. Sterker nog, voor velen is het een ontzettend eng gegeven. Vaak genoeg voelen mensen zich erg angstig wanneer zij omgeven worden door iemand die bijna doodgaat. Ze kunnen diep verdriet en een diepe pijn ervaren. Onze angst voor de dood is tevens een van de voornaamste redenen dat religies het door de eeuwen heen hebben overleefd.
Soms is de dood een dusdanig harde realiteit dat velen er liever niet over praten of liever hun ogen sluiten voor de rituelen die het omringen. Maar heeft dit iets te maken met het gevoel dat ons eigen einde nabij is? Is het gerelateerd aan de angst die we voelen wanneer we nadenken over hoe het einde ook voor ons op een dag daar zal zijn? Zien we in elke stervende persoon een spiegel van onze eigen dood?
De dood herinnert ons eraan dat we kwetsbaar en eindig zijn. Het vertelt onze innerlijke zelf dat wat hij ook in het leven wordt, ook hij op een dag zal verdwijnen.
Sommige mensen versterken dit gevoel echter dusdanig en slaan zo ver door in hun angst, dat ze zelfs een ware fobie voor de dood kunnen creëren, waarbij hun angst omslaat in irrationele paniek. Ze kunnen zelfs volledig intolerant worden voor alles dat ook maar iets met de dood te maken heeft.
De dood van een dierbare herinnert ons niet alleen aan onze eigen kwetsbaarheid, maar gaat tevens gepaard met gevoelens van verlies die onze cognitieve afweer ondermijnen en ons kwetsbaarder maken voor negatieve obsessieve gedachten.
Veel specialisten denken dat de oorsprong van onze angst voor de dood ligt in het gegeven dat het ons is aangeleerd om deze angst te hebben. Hoe? Een van de manieren waarop we leren om bang te zijn, is door middel van de gedragingen van anderen. Als we bijvoorbeeld zien dat iemand snel zijn hand ergens vandaan terugtrekt, dan gaan we ervan uit dat er daar iets gevaarlijks is en houden dit in gedachten zodat we onze hand niet op dezelfde plek houden. Over het algemeen is het zo dat als we zien dat iemand ergens bang voor is en we geen verdere informatie hebben om op af te gaan, we aannemen dat ook wij bang voor datgene moeten zijn.
Als de angst nog niet is omgeslagen in een fobie en gewoon een reactie is die onze gedachten niet verlamt of beperkt, dan kunnen we de volgende strategieën gebruiken om het te controleren:
- Accepteer het idee. De dood bestaat en daar kun je niets aan veranderen. Wat je wel kunt veranderen, is wat je doet totdat het moment daar is.
- Geloof sterk in iets. Het maakt niet uit of het waar is of niet, geloof kan vaak genoeg een geweldige transformerende kracht hebben.
- Vestig je aandacht ergens anders op. Richt je niet op deze angst of deze gedachte. Je kunt dit mentaal doen (door bijvoorbeeld te plannen wat je de volgende dag gaat doen) of gedragsmatig (door bijvoorbeeld je echtgenoot op te bellen om te vragen hoe zijn of haar dag is).
Als de gedachte aan de dood bij jou begint te zorgen voor zeer ongemakkelijke gevoelens, als de gedachte steeds weer terug blijft komen of als de angst jouw leven begint te vormen, schakel dan de hulp in van een specialist.