Dit zijn de 5 verschillen tussen verdriet en depressie
Praten over psychologie is tegenwoordig populair geworden. De manier waarop we over psychologie spreken, is echter niet altijd juist. We hebben immers de neiging om over psychologie te spreken terwijl we de onjuiste interpretaties maken. Eén van de klassieke voorbeelden is de moeilijkheid waarmee we het onderscheid maken tussen verdriet en depressie.
Het populaire taalgebruik van het woord “depressie” heeft tot verwarring over de aandoening geleid. Eigenlijk heeft het zelfs aanleiding gegeven tot minachting.
Het woord depressie gebruiken in plaats van verdriet en omgekeerd veroorzaakt vele problemen. Sommige mensen vinden het gemakkelijk om gewoon te zeggen dat ze depressief zijn eerder dan dat ze verdrietig zijn. Het eerste woord klinkt immers technischer of wetenschappelijk correct. Verdriet verbinden we echter vaak met menselijke zwakheid.
Er zijn vele verschillen tussen verdriet en depressie. Het eerste en belangrijkste verschil is dat verdriet tijdelijk is. Aan de andere kant is depressie een aandoening. Het moet dus behandeld worden. Om deze reden is het belangrijk dat we het verschil kennen.
“Jouw emoties mogen niet verlammend zijn. Ze moeten zichzelf verdedigen. Ze mogen jou niet tegenhouden om alles te zijn wat je kan.”
-Wayne W. Dyer-
De verschillen tussen verdriet en depressie
1. De duur: een beslissende factor
De duur van psychologische fenomenen is niet iets dat we exact kunnen meten. Toch is het een feit dat de duur van het probleem een preciezere aanpak in de behandeling mogelijk kan maken. Een emotie heeft per definitie een korte duur.
Eén van de grootste verschillen tussen verdriet en depressie is dat verdriet een tijdelijke, voorbijgaande emotie is. Depressie is echter redelijk chronisch tenzij een psycholoog het probleem kan corrigeren.
Volgens de diagnostische criteria moet een persoon gedurende zes maanden zonder onderbreken verdriet ervaren. Pas dan kan een psycholoog beginnen te vermoeden dat er bij een patiënt sprake is van een depressie.
2. Willoosheid: een bepalende factor
Eigenlijk is willoosheid problemen hebben met of weerstand bieden tegen handelen. Wanneer een persoon verdrietig is, zal hij zich minder gemotiveerd voelen om hun normale dagelijkse activiteiten uit te voren. Willoosheid vermindert misschien jouw sociaal leven.
Het kan er ook voor zorgen dat je minder tijd op het werk doorbrengt of minder taken uitvoert dan je meestal doet. Je bent echter nog redelijk actief.
Anderzijds wordt een depressieve persoon overweldigd door deze ontmoediging. Ze verwaarlozen volledig hun verplichtingen. Ze kunnen ook de pogingen van anderen om hen te helpen beginnen negeren. Regelmatig praten ze over hoe ze zich vermoeid voelen.
Die vermoeidheid vermindert uiteindelijk het aantal activiteiten die ze door de dag of door de week heen uitvoeren. In klinische termen geeft een depressie een soortgelijk beeld weer als dat van een persoon met een angststoornis.
3. De mate van afzondering
Een ander verschil tussen verdriet en depressie wordt in de mate van afzondering weerspiegeld die de personen vertonen. Voor een verdrietig persoon is het normaal om op zoek te gaan naar naaste personen met wie ze kunnen praten over hoe ze zich voelen.
Het is ook normaal dat ze troost bij anderen zoeken. Ze kunnen echter ook een zekere mate van sociale afzondering in stand houden. In dit opzicht zal het afhangen van de persoonlijkheid van de persoon en de strategieën die ze beheersen.
Depressieve personen zullen echter voortdurend het contact met anderen afwijzen. Ze houden hun gevoelens voor zichzelf. Ook al voelen ze zich niet goed alleen en willen ze liever tijd met anderen doorbrengen, toch zullen ze zich afzonderen. Ze zoeken echter geen hulp. Geleidelijk raken ze dan zelfs geïsoleerd van hun naaste vrienden en familie.
4. Het niveau van functioneren
Het niveau van functioneren van een persoon is een factor die een groot verschil aanduidt tussen verdriet en depressie. In het geval van iemand die zich verdrietig voelt, verandert zijn gemoedstoestand slechts lichtjes zijn dagelijkse gewoonten.
De persoon kan minder uitgesproken en meer gereserveerd worden. Eigenlijk voert hij nog steeds alle activiteiten uit die hij normaal door de dag heen zou uitvoeren.
Wanneer een persoon echter aan een depressie lijdt, dan verandert zijn gebruikelijke routine vaak. Hij heeft het moeilijk om op het werk en thuis zijn taken te vervullen. Bovendien heeft hij ook problemen om met familiale, sociale en emotionele verplichtingen om te gaan.
Het komt dus vaak voor dat we zien hoe een depressieve persoon herhaaldelijk excuses zoekt om zijn gebrek aan inzet of zich niet houden aan afspraken te verbergen. Hij heeft het gewoon moeilijk om zich aan een “normale” routine aan te passen.
5. Wanhoop
Personen kunnen om verschillende redenen verdrietig zijn. De reden heeft echter bijna altijd te maken met een verlies of met een zorgwekkende situatie waarmee ze moeilijk kunnen omgaan. De personen ervaren emotionele pijn.
Toch kunnen ze ook lachen, naar de toekomst kijken en nieuwe plannen maken. Ze hebben misschien geen antwoorden. Ze voelen echter dat een mooiere en meer hoopvolle toekomst mogelijk is.
In het geval van depressieve personen is wanhoop het enige wat zij hebben. Wanneer ze naar de toekomst kijken, ziet alles er somber uit. Ze voelen geen interesse of verlangen en hebben niet het vermogen om over hun toekomst na te denken. Hoe kunnen zij naar de toekomst kijken als het heden al te veel voor hen is om mee om te gaan?
Zoals we kunnen zien, zijn er belangrijke en grote verschillen tussen verdriet en depressie. Een beroepsdeskundige in de geestelijke gezondheidszorg moet depressie behandelen. Depressie is geen stoornis die zomaar vanzelf zal verdwijnen. Het vraagt dus een gespecialiseerde tussenkomst.