Zijn twee hoofden echt beter dan één?
Sherlock Holmes en Dr. Watson. Tom Sawyer en Huckleberry Finn. J.R.R. Tolkien en C.S. Lewis. Batman en Robin. Fox Mulder en Dana Scully. De wereld van literatuur, film en tv heeft vaak uitgebeeld dat twee hoofden beter zijn dan één. Het lijkt erop dat teamwerk een deugd is waarmee we uit elke moeilijke situatie als winnaar tevoorschijn kunnen komen.
Maar zit er enige waarheid in dit idee? Is het werkelijk zo voordelig om dagelijks verschillende geesten te verenigen om problemen op te lossen en meer innovatieve ideeën te ontwikkelen? In feite heeft de wetenschap aangetoond dat groepsintelligentie grote voordelen heeft. Het stelt ons in staat elkaar feedback te geven om ingenieuzere voorstellen en oplossingen te vormen.
Dat gezegd hebbende, is groepswerk niet altijd gemakkelijk. Sterker nog, soms belemmert het zelfs de productiviteit door het bestaan van tegengestelde criteria en persoonlijkheden. Bovendien presteert niet iedereen optimaal in een bedrijf en werkt men liever alleen.
Door de geschiedenis heen is het opmerkelijke voordeel aangetoond van samenwerking in groepsverband om opmerkelijke vorderingen en ontdekkingen te verkrijgen.
Zijn twee hoofden echt beter dan één?
Het valt niet te ontkennen dat er veel gevallen zijn waarin twee hoofden beter zijn dan één. Denk bijvoorbeeld aan de echtparen die Nobelprijzen hebben gewonnen door hun inspanningen en ideeën samen te voegen. Een goed voorbeeld was het echtpaar Pierre en Marie Curie.
Ook opmerkelijk waren de gezamenlijke werken van George Braque en Pablo Picasso in de kunstwereld en de schrijvers C.S. Lewis en J.R.R. Tolkien. Op het gebied van fysiologie, geneeskunde, economie en techniek is de samenleving zelfs vooruitgegaan dankzij de gezamenlijke samenwerking van groepen mensen die samen redeneerden, onderzoek deden en werkten.
Betekent dit echter dat de kracht van een groep synoniem is met succes en absoluut voordeel? Het antwoord is nee. Er moeten meerdere factoren zijn, willen verschillende geesten uitmuntendheid bereiken en werkelijk productief zijn.
Onderzoek (Engelse link) van de Carnegie Mellon Universiteit (VS) beweert dat collectieve intelligentie, om succesvol te zijn, afhankelijk is van verschillende elementen. We gaan ze hier bespreken.
Bij het nemen van beslissingen is het altijd gunstiger om andere perspectieven te hebben. Het betekent dat we betere strategieën voor dezelfde uitdaging kunnen ophelderen.
Menselijke vaardigheden en competenties
Heb je ooit een project moeten uitvoeren met een of meer mensen met twijfelachtige vaardigheden? Dat komt vaak voor. Technische en zachte vaardigheden zijn echter essentieel om een team effectief te laten zijn. Met andere woorden, twee hoofden zijn beter dan één als beide mensen het onderwerp waaraan ze werken beheersen en bovendien op elkaar zijn afgestemd.
Aan de andere kant is het nutteloos om een briljante partner te hebben als je niet met hem of haar kunt communiceren. De persoonlijkheden van de leden van een groep zijn uiterst belangrijk voor hun onderlinge afstemming. Factoren als trots, arrogantie, individualisme en de behoefte aan concurrentie ruïneren vaak het vermogen om als groep hoge doelen te bereiken.
De regels voor de werkgroep
Elke sociale groep die uit twee of meer mensen bestaat, heeft basisregels voor interactie nodig om de gestelde doelen te bereiken. Dit is een aspect dat vaak verwaarloosd wordt. Daarom is het, zelfs als je van plan bent een project uit te voeren met een vriend of familielid, essentieel dat je duidelijke regels en interactierichtlijnen opstelt.
Zo kun je onder andere de taken eerlijk verdelen. Ook om werktijden, middelen en het tijdschema voor het bereiken van elk doel te bepalen. Als je het niet eens wordt over basisregels en een duidelijke strategie, zullen alleen improvisatie en chaos heersen.
Collectieve intelligentie stelt ons in staat om zij aan zij met andere mensen te werken en grotere prestaties te leveren dan wanneer we het individueel zouden doen.Wanneer onderlinge samenwerking niet lukt
Het bewijs toont aan dat twee hoofden gemiddeld beter zijn dan één. Het betekent dat een groter aantal ideeën wordt ingebracht, en dat de geesten wederzijds worden uitgedaagd, verrijkt en gemotiveerd. Niets is inderdaad zo stimulerend als verschillende visies op hetzelfde concept en de meest uiteenlopende synergieën voor hetzelfde doel.
Grote en kleine bedrijven weten dit, en het is gebruikelijk dat ze groepen dynamiseren, en mensen leren hoe ze hun werk samen en niet zozeer individueel kunnen uitvoeren. Het probleem is echter dat er momenten zijn waarop twee, drie of zelfs vijf geesten niet beter eendrachtig denken. Er zijn enkele omstandigheden die dit belemmeren.
Het Dunning-Krugereffect: het samenstellen van een groep onbekwamen
Het Dunning-Krugereffect treedt op wanneer een onbekwaam persoon zijn capaciteiten overschat en aanneemt dat zijn capaciteiten bovengemiddeld zijn. Laten we eens kijken wat dit kan betekenen als er twee of meer personen met dit profiel in een werkteam zitten.
Incompetentie en sociale luiheid zijn elementen die in veel werkteams voorkomen. In feite hoeft er maar één persoon met een dergelijk profiel te zijn om ook de rest zich belemmerd te voelen.
Twee hoofden zijn beter dan één als de benaderingen elkaar verrijken
Soms ontwikkelen de leden in werkgroepen een soort denken dat te homogeen en gelijksoortig is. In dat geval hebben we het niet over onbekwame mensen, maar over individuen die, hetzij vanwege hun verwantschap, hetzij om elkaar een plezier te doen, vermijden elkaar tegen te spreken. Als gevolg daarvan zijn hun bijdragen niet meer zo ingenieus.
Als ze alleen maar naar consensus streven en elkaar niet meer inspireren en uitdagen, is het denken niet meer vernieuwend. Dit is ongetwijfeld een ander gevaar waarmee organisaties rekening moeten houden. Het betrekken van mensen met verschillende visies, maar in staat om tot overeenstemming te komen, levert altijd een groter voordeel op voor een bedrijf.
Tot slot vereisen het heden en de toekomst dat we weten hoe we onze synergieën, vindingrijkheid en vaardigheden kunnen combineren om gemeenschappelijke uitdagingen aan te gaan. Daarom is weten hoe je in een groep moet werken essentieel en iets waarin we allemaal moeten verbeteren.
Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.
- David Ludden is the author of The Psychology of Language: An Integrated Approach (SAGE Publications).
- Woolley, A. W., Aggarwal, I., & Malone, T. W. (2015). Collective Intelligence and Group Performance. Current Directions in Psychological Science, 24(6), 420–424. https://doi.org/10.1177/0963721415599543