De put der wanhoop - een indrukwekkend experiment met apen

Het wanhoopsexperiment van Harry Harlow kenmerkte de psychologie vanwege de eenvoud van haar aanpak en de gegrondheid van haar conclusies. Het debat dat erdoor werd geïnspireerd is breed, zowel op het gebied van de experimentele ethiek als op het gebied van de kennis die daaruit voortkomt.
De put der wanhoop - een indrukwekkend experiment met apen

Laatste update: 16 december, 2023

De put der wanhoop was het hoogtepunt van een uniek experiment met apen. Harry Harlow voerde het uit in de jaren 1950. Probeer jezelf terug te plaatsen in die tijd om de ware betekenis van zijn onderzoek te begrijpen.

Dankzij de stellingen van John Watson, een van de pioniers van het behaviorisme, kende de wereld het idee dat een baby van wie de ouders aanhankelijk waren, uiteindelijk persoonlijkheidsproblemen zou krijgen als volwassene.

Sommigen geloofden echt dat baby’s alleen voedsel en hygiëne nodig hadden. Ouders moesten ze niet te veel aandacht geven als ze huilden, omdat ze daar hard van zouden worden.

Je kunt wel zeggen dat een hele generatie Amerikanen is opgegroeid onder deze leefregels. Harry Harlow was geen monument van affectiviteit, maar hij twijfelde wel aan de stellingen van Watson. Zulke twijfels werden geconsolideerd in een experiment met apen, dat leidde tot andere experimenten, waaronder het put der wanhoop-experiment.

“Weet je wat de gevangenis doet verdwijnen? Elke oprechte, diepe genegenheid. Een vriend, een broer, een minnaar zijn, is wat ons uit de gevangenis bevrijdt. Zonder deze genegenheid is men dood. Maar elke keer dat deze genegenheid herleeft, wordt het leven herboren.”

Vincent Van Gogh

Slapende baby

Voor de put der wanhoop

Het eerste experiment met apen

Ten eerste ontwierp Harry Harlow een experiment met apen om enkele leeraspecten te analyseren. Hij wilde de kleinere apen beschermen tegen ziektes en bedacht dat de beste manier om dat te doen was om ze te isoleren in kooien. Hij hield alles schoon en gaf ze op gezette tijden te eten.

Na een tijdje merkte hij dat de baby-aapjes gezonder waren dan de aapjes die in een natuurlijke omgeving waren grootgebracht. Ze liepen echter voorovergebogen, zogen de hele tijd op hun vingers en staarden vele uren in het oneindige, zonder levendig te reageren op prikkels die ze kregen.

Toen wilde Harlow ze aan elkaar koppelen, dus mengde hij ze met leden van het andere geslacht. Degenen die in afzondering waren opgegroeid wisten echter niet wat ze moesten doen. Hun vermogen om te socialiseren was volledig aangetast en ze reageerden eigenlijk niet. In feite ontmoedigden ze het gezelschap.

Het tweede experiment betrof het gebruik van kunstmatige moeders

Hier introduceerde Harlow pluche stoffen om de kooien te bedekken en de aapjes begonnen zich aan hen vast te klampen. Ze raakten ze vaak aan en wanhoopten als iemand ze weg wilde halen.

Nadat hij dit gedrag had waargenomen, dacht Harlow dat het een goed idee zou zijn om een tweede experiment met apen te doen. Hij noemde het “het draadmoederexperiment” en werd bekend nadat hij er een presentatie over had gegeven.

Harry introduceerde draagmoeders in de kooien. Hij maakte een metalen met een fles en bedekte de andere met pluche, maar die bood helemaal geen voedsel aan.

Het resultaat was dat de apen zich meer dan 12 uur per dag vastklampten aan de pluchen “moeder.” Ze kwamen alleen naar de “draagmoeder” als ze dorst of honger hadden. Soms lukte het ze zelfs om hun eten op te eten zonder de “pluchen moeder” te verlaten. Dit bewees dat contact, of liever fysieke stimulatie, essentieel was voor deze baby’s.

Het derde experiment met apen

Dit derde experiment was nogal wreed en Harlow noemde het “de gruwelijke moeder”. Hij gebruikte poppen die hij had gemaakt van het pluche waar de apen zo dol op waren. Sommige van deze poppen hadden echter een mechanisme dat de baby die zich aan hun lichaam vastklampte heftig door elkaar schudde als het geactiveerd werd.

Andere poppen hadden verborgen metalen stekels. Deze werden soms geactiveerd als de baby zich vastklampte aan het lichaam van deze surrogaatmoeders. Weer andere poppen hadden een apparaat waarmee ze luchtdruk uitstraalden, waardoor de baby’s bang werden.

Het eindresultaat was dat de aapjes zich van deze poppen verwijderden zodra deze afstotingsmechanismen afgingen. Ze kwamen echter terug om ze op te zoeken en klampten zich aan ze vast toen ze merkten dat ze “gekalmeerd” waren.

Aapje houdt surrogaatmoeder vast

De put der wanhoop en aangeleerde hulpeloosheid

De “put der wanhoop” was Harlows vierde experiment met apen. Het kwam erop neer dat de apen in kooien werden opgesloten waar ze geen contact met de buitenwereld hadden. Zo bleven ze daar 30 dagen tot een jaar. Het resultaat: alle apen gaven het na een tijdje op.

Ze zaten daar maar, deden niets, waren wanhopig en depressief. Degenen die het langst in isolatie bleven, hadden geen enkel vermogen meer om te socialiseren tegen de tijd dat ze eruit kwamen. Dit leidde Harlow naar zijn nieuwste experiment, dat hij de “ijzeren maagd” noemde. Hij wilde zien of dit verlies aan gezelligheid zich ook manifesteerde tussen moeders en zonen.

Hij bedacht een apparaat waarbij mannetjes eerder geïsoleerde vrouwtjes seksueel penetreerden. Het was een manier om ze te bevruchten en zo door te gaan naar de tweede fase. Toen deze vrouwtjes hun baby’s kregen, toonden ze ook geen vermogen om te socialiseren met hun kroost. In feite waren ze gewelddadig en hadden ze geen moederinstinct.

Maatschappelijke groeperingen die dierenrechten promoten, hebben Harlow’s experimenten sterk bekritiseerd.


Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.


  • Suomi, S. J., & Harlow, H. F. (1975). Experiencias tempranas y psícopatología inducida en monos Rhesus. Revista Latinoamericana de Psicología, 7(2), 205-229.


Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.