Sociale macht: definities en soorten

Sociale macht: definities en soorten
Roberto Muelas Lobato

Geschreven en geverifieerd door de psycholoog Roberto Muelas Lobato.

Laatste update: 27 december, 2022

Leraren hebben macht over hun studenten. Ouders hebben macht over hun kinderen. Bazen hebben macht over hun werknemers. Politici hebben macht over hun gemeenschappen. Sociale macht is aanwezig in alle lagen van het leven. Bepaalde mensen en beroepen hebben macht over anderen … maar wat is macht precies? Laten we het definiëren.

Macht is het vermogen om iets te doen of iets te zijn. Het vermogen om gezag uit te voeren over één of meerdere mensen. Het vermogen om mensen te beïnvloeden en de grootste vorm van autoriteit te hebben, die erkend wordt door iedereen.

Zoals je kunt zien, is de definitie van macht vrij breed. Er zijn door de geschiedenis heen veel verschillende definities, theorieën en typologieën van en over macht geweest. Om het concept beter te begrijpen, zullen we daarom eens kijken naar de meest geaccepteerden hiervan.

Een van de belangrijkste figuren aangaande vroege theorieën over macht was Friedrich Nietzsche (2005). Nietzsche introduceerde het concept van de drang naar macht, of de ambitie om je verlangens te verwezenlijken.

Rond dezelfde tijd definieerde Max Weber macht echter als de kans of mogelijkheid voor een individu om zijn eigen wil uit te oefenen in een sociale relatie. Later werd het concept van sociale macht, via de lens van het marxisme, ook bestudeerd door andere auteurs en filosofen.

Dichter bij onze tijd publiceerde de Franse filosoof Michel Foucault een van de breedste analyses van sociale macht. Hoewel er natuurlijk nog veel meer mensen zijn geweest die sociale macht hebben bestudeerd, zijn dit de belangrijkste.

Een tang die sociale macht heeft over kleinere sleutels

Max Weber

Max Weber was een van de belangrijkste denkers van de twintigste eeuw. Hoewel zijn werk vele verschillende studiegebieden omvat, zullen we ons concentreren op zijn opvattingen van macht en overheersing.

Hij definieerde macht als “de waarschijnlijkheid dat iemand in een sociale relatie in staat zal zijn om zijn wil uit te voeren ondanks de weerstand die hij ondervindt. Ongeacht de basis waarop deze waarschijnlijkheid berust” (Weber 2005).

Macht impliceert dus het vermogen om je eigen wil aan anderen op te leggen. Dit kan zich echter in veel verschillende vormen manifesteren. Ondertussen is overheersing, begrepen als een vorm van bevel-gehoorzaamheid, de ultieme uitdrukking van macht.

Er bestaan echter verschillende soorten overheersing. Een van de belangrijkste subcategorieën is legitieme overheersing. Dit is wanneer er sprake is van een algemeen vertrouwen in de geldigheid van een bepaalde sociale orde of relatie. Er zijn drie verschillende soorten legitieme overheersing (Weber 2007):

  • Juridische overheersing: volksgeloof in de legaliteit van gevestigde wetten en het recht van de machtsdrager om macht uit te oefenen en aan de hand hiervan te handelen.
  • Traditionele overheersing: volksgeloof in de heiligheid van bestaande tradities en de legitimiteit om deze tradities te gebruiken om gezag uit te oefenen.
  • Charismatische overheersing: volksgeloof in de heiligheid, heldenmoed of voorbeeldige status van een persoon of een rechtssysteem dat door hem is ontwikkeld.
Schaakstuk dat sociale macht heeft over de andere stukken

Marxisme

Volgens Karl Marx heeft “de politieke beweging van de arbeidersklasse, natuurlijk, als doel de verovering van de politieke macht voor de arbeidersklasse” (brief aan Bolte, 29 november 1871).

Conflicten tussen politieke klassen vormen de basis voor het verwerven van sociale macht. Het heeft meer invloed dan andere vormen van klassenconflicten, zoals economische of ideologische. Hoewel veranderingen in economische omstandigheden invloed hebben op wie de macht overneemt, tellen politieke praktijken volgens Marx meer (Sánchez Vázquez 2014).

Marx heeft echter nooit een theorie over macht gearticuleerd. Maar hij gaf wel aan dat “politieke macht, als geschikte term, slechts de georganiseerde macht van één klasse is om een ​​andere klasse te onderdrukken” (Marx en Engels 2011). Hierop volgende marxisten gingen meer in detail in op hun eigen theorieën over sociale macht.

Zoals Antonio Gramsci (1977), die er over heeft gesproken in de context van het kapitalisme. De dominante klasse verkrijgt geen macht over het proletariaat en onderdrukte klassen alleen maar door repressieve staatsmiddelen te gebruiken. Het verkrijgt macht door culturele hegemonie en controle te hebben over het onderwijssysteem, religieuze instellingen en de media.

Michel Foucault

Foucault hield echter vol dat macht overal aanwezig is, omdat het niet van iets in het bijzonder komt. In deze visie kan macht niet worden beperkt tot één instelling of staat. Daarom is het marxistische concept van het nemen van macht onmogelijk.

Macht vormt een relatie die op een bepaald moment in de samenleving voorkomt. Daarom is macht overal aanwezig. En kunnen mensen met macht ook niet als onafhankelijk van deze relaties worden beschouwd.

Foucault heeft eerdere machtsconcepten onderuit gehaald. Daarnaast onderzocht hij hoe machtsrelaties rechtsregels kunnen produceren die op hun beurt leiden tot discussies over de waarheid. Terwijl macht, wet en waarheid elkaar allemaal voeden, heeft macht altijd meer invloed op wet en waarheid.

Allemaal camera's die gericht zijn op twee mensen, als voorbeeld van sociale macht

Hoewel Foucault scoiale macht analyseerde in verschillende contexten en tijden, is zijn concept van biomacht een van zijn belangrijkste ideeën (Foucault 2000). Biomacht is een praktijk die door moderne staten wordt gebruikt om de bevolking te beheersen.

De moderne macht is volgens de analyse van Foucault verweven met sociale praktijken en menselijk gedrag. Het gebeurt als de onderdrukte bevolking geleidelijk de subtiele verordeningen en verwachtingen van de sociale orde aanvaardt.

Biomacht maakt dan ook plaats voor een biologische regulering van het leven. Klassieke voorbeelden hiervan zijn te vinden in instellingen zoals, psychiatrische ziekenhuizen, gevangenissen en rechtbanken. Dit zijn namelijk disciplinaire instellingen die de normen definiëren die bepaalde segmenten van de bevolking doorbreken. Waardoor ze afgezonderd raken van de maatschappij (Foucault 2002).

Sociale macht binnen de psychologie

Op het gebied van sociale psychologie, hebben John French en Bertram Raven (1959) het over vijf soorten macht:

  • Legitieme macht is afgeleid van de relatieve positie en taken van de leider binnen de organisatie of de samenleving. Mensen hebben legitieme macht wanneer ze een of andere vorm van formele autoriteit hebben gedelegeerd.
  • Referente macht is het vermogen van bepaalde mensen om anderen te overtuigen of te beïnvloeden. Het is afgeleid van het charisma en de interpersoonlijke vaardigheden van de persoon. De onderdrukte persoon beschouwt de machtsdrager dan ook als een voorbeeld en probeert zich als hem te gedragen.
  • Deskundigheid komt voort uit de bekwaamheden of expertise van de persoon. En uit hoeveel de organisatie of de samenleving ze nodig heeft. In tegenstelling tot de andere types is de deskundigheid van een expert meestal heel specifiek en beperkt tot het expertisegebied.
  • Beloningsmacht komt van het vermogen van de leider om materiële beloningen toe te kennen. Het verwijst naar hoe gemakkelijk het individu mensen een voordeel kan bieden. Dit kunnen dingen zijn zoals vrije tijd, geschenken, promoties of meer verantwoordelijkheid.
  • Dwingende macht komt van het vermogen van de machthebber om sancties op te leggen. In wezen is het het vermogen om beloningen te geven en weg te nemen en straf uit te delen. Het verlangen van de onderdrukte persoon om waardevolle beloningen te ontvangen, en zijn angst om ze te verliezen, is uiteindelijk de bron van macht.
Hand die een paar domino's tegenhoudt, als voorbeeld van sociale macht

Diversiteit van sociale macht

Zoals je ziet, zijn de opvattingen over sociale macht zeer divers en sterk beïnvloed door hun tijd in de geschiedenis. De definitie van macht varieert namelijk van overheersing over mensen tot een complex netwerk van relaties.

Deze meer recente opvatting van macht suggereert dat we altijd relaties van macht onderzoeken. Elke interactie die we hebben, wordt dan ook gekenmerkt door de machtsverschillen die er zijn. Daarom is het zich bewust zijn van sociale macht een eerste stap naar het verminderen van de invloed en uitbuiting ervan.

Bibliografie

Foucault, Michel (2002). Historia de la Locura en la Época Clásica I. México: Fondo de Cultura Económica.

Foucault, Michel (1979). Microfísica del poder. Barcelona: Las Ediciones de La Piqueta.

Foucault, Michel (2000). Defender la sociedad. Buenos Aires: Fondo de Cultura Económica.

French, John and Raven, Bertram (1959). The bases of social power. En Studies in Social Power, D. Cartwright, Ed., pp. 150-167. Ann Arbor, MI: Institute for Social Research.

Gramsci, Antonio (1977). Antología. México: Siglo XXI.

Marx, Karl and Engels, Friedrich (2011). Manifiesto comunista. Madrid: Alianza Editorial.

Nietzsche, Friedrich Wilhelm (2005). Así habló Zaratustra. Un libro para todos y para nadie. Madrid: Valdemar.

Sánchez Vázquez, Adolfo (2014). Entre la realidad y la utopía. Ensayo sobre política, moral y socialismo. México: Fondo de Cultura Económica.

Weber, Max (2005). Economía y sociedad. México: Fondo de cultura económica.

Weber Max (2007). Sociología del poder. Los tipos de dominación. Madrid: Alianza Editorial. 


Alle siterte kilder ble grundig gjennomgått av teamet vårt for å sikre deres kvalitet, pålitelighet, aktualitet og validitet. Bibliografien i denne artikkelen ble betraktet som pålitelig og av akademisk eller vitenskapelig nøyaktighet.


  • Foucault, Michel (2002). Historia de la Locura en la Época Clásica I. México: Fondo de Cultura Económica.

  • Foucault, Michel (1979). Microfísica del poder. Barcelona: Las Ediciones de La Piqueta.

  • Foucault, Michel (2000). Defender la sociedad. Buenos Aires: Fondo de Cultura Económica.

  • French, John and Raven, Bertram (1959). The bases of social power. En Studies in Social Power, D. Cartwright, Ed., pp. 150-167. Ann Arbor, MI: Institute for Social Research.

  • Gramsci, Antonio (1977). Antología. México: Siglo XXI.

  • Marx, Karl y Engels, Friedrich (2011). Manifiesto comunista. Madrid: Alianza Editorial.

  • Nietzsche, Friedrich Wilhelm (2005). Así habló Zaratustra. Un libro para todos y para nadie. Madrid: Valdemar.

  • Sánchez Vázquez, Adolfo (2014). Entre la realidad y la utopía. Ensayo sobre política, moral y socialismo. México: Fondo de Cultura Económica.

  • Weber, Max (2005). Economía y sociedad. México: Fondo de cultura económica.

  • Weber Max (2007). Sociología del poder. Los tipos de dominación. Madrid: Alianza Editorial


Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.