Hans Eysencks persoonlijkheidstheorie

Hans Eysencks persoonlijkheidstheorie

Laatste update: 24 november, 2018

Hans Eysencks persoonlijkheidstheorie wordt beschouwd als een waar paradigma en de meest solide theorie die de psychologie te bieden heeft. De theorie verklaart op de beste manier mogelijk waarom iedereen zijn eigen persoonlijkheid heeft.

De theorie stelt dat ieder van ons drie grote eigenschappen heeft. Deze drie eigenschappen zijn psychoticisme, extraversie en neuroticisme. Volgens Eysenck zijn ze in elke persoon in andere maten aanwezig. De mate waarin ze in ons aanwezig zijn, vormt onze persoonlijkheid.

Eysencks persoonlijkheidstheorie stelt dat er drie eigenschappen zijn op basis waarvan psychologen prognoses kunnen maken op biopsychosociaal niveau.

De aanpak van Hans Eysenck

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak moest deze Duitse psycholoog vluchten naar Engeland. In Londen werkte hij als spoedeisende psycholoog in het Mill Hill Emergency Hospital. Hier had hij de leiding over de psychiatrische behandeling van het leger.

Zijn professionele carrière en de meer dan 700 gepubliceerde artikelen over persoonlijkheid hebben zijn plek veiliggesteld als een van de meest invloedrijke psychologen.

Eysenck was enorm sceptisch over het gebruik van psychotherapie en psychoanalyse in klinische gevallen. Volgens hem was gedragstherapie de beste manier om psychische stoornissen te behandelen.

Hans Eysencks persoonlijkheidstheorie

Eigenschappen: persoonlijkheidsscanner

Eysencks aanpak is gebaseerd op persoonlijkheidstheorie. Om dit te begrijpen, moeten we overwegen dat menselijk gedrag wordt bepaald door een reeks attributen. Deze attributen, of aangeboren eigenschappen, vormen de basis van onze persoonlijkheid. Ze zorgen ervoor dat we een aanleg hebben om ons op een bepaalde manier te gedragen.

Bovendien veronderstelt de theorie van Eysenck dat deze eigenschappen van persoon tot persoon verschillen. De theorie veronderstelt ook dat we onze eigenschappen aansluiten op verschillende situaties en dat ze in de loop van de tijd bij iedereen min of meer stabiel blijven.

Tot slot stelt hij dat we door deze aangeboren eigenschappen te isoleren, de diepere structuur van onze persoonlijkheid kunnen blootleggen.

Eysenck en individuele verschillen

Volgens deze psycholoog worden onze eigenschappen beïnvloed door onze genen. Dit is dan ook de bron van individuele verschillen. Natuurlijk betekent dit niet dat Eysenck andere invloeden uitsluit. Volgens hem kunnen onze eigenschappen benadrukt worden wanneer we worden blootgesteld aan bepaalde omgevingen en situaties.

Laten we onze omgang met onze familie tijdens onze kinderjaren gebruiken als een voorbeeld. Genegenheid is de taal die ouders en kinderen gebruiken om met elkaar communiceren. Deze genegenheid kan een groter of kleiner effect hebben op de ontwikkeling van het kind.

De aanpak van Eysenck is biofysisch, een mengeling van biologische, psychologische en sociale factoren. Al deze factoren samen, bepalen iemands gedrag.

Papieren gezinnetje

Persoonlijkheidsstructuur volgens Eysenck

Eysenck verdeelt de persoonlijkheid in vier verschillende niveaus. Aan de basis vind je specifieke antwoorden op vragen die een persoon niet echt kenmerken. Op het tweede niveau vind je antwoorden die vaker voorkomen in verschillende omstandigheden.

Op het derde niveau vind je de meeste gebruikelijke gewoonten van een persoon. Tot slot vind je op het laatste niveau, het puntje van de piramide, de superfactoren. Daar gaan we hieronder nog even iets dieper op in.

“Het idee van persoonlijkheid is nauw verbonden met het begrip van stabiliteit, consistentie en het herhaald optreden van acties. Het verwijst naar de covariantie van een aantal gedragshandelingen.”

-Eysenck, 1987-

De tweefactorentheorie van Eysenck

Hans Eysenck baseerde zijn tweefactortheorie op deze ideeën. Om dit te doen analyseerde hij de manier waarop mensen persoonlijkheidsvragenlijsten beantwoordden. Vervolgens voerde hij een factoriële analyse uit. Dit is een goede methode voor het verminderen van statistische gegevens en agglutinatie.

In dit geval gebruikte hij deze techniek om gedrag te reduceren tot een reeks factoren met gemeenschappelijke kenmerken: de superfactoren. Elke reeks factoren is gegroepeerd in één dimensie.

Eysenck identificeerde drie onafhankelijke persoonlijkheidsdimensies: Psychoticisme (P), Extraversie (E), en Neuroticisme (N). Hierdoor wordt dit ook wel het PEN-model genoemd. Volgens hem zijn deze drie superfactoren voldoende om iemands persoonlijkheid te omschrijven.

Meisje met drie gezichten

De drie dimensies van Eysencks persoonlijkheidstheorie

Neuroticisme (stabiliteit-emotionele instabiliteit)

Allereerst moet je weten dat Eysenck neuroticisme zag als de hoogste mate van emotionele instabiliteit. Hij gebruikt deze dimensie om uit te leggen waarom sommige mensen meer aanleg hebben voor angst, hysterie, depressie of obsessie dan anderen.

Hij definieert neurotische mensen als mensen die vaker overdreven reageren en het moeilijk vinden om weer terug te keren naar een normaal niveau van emotionele activering.

Aan het andere uiterste van deze dimensie vind je emotioneel stabiele, rustige, redelijke mensen met een hoge mate van zelfbeheersing.

Extraversie (extraversie-introversie)

Ten tweede zijn mensen die hoger score in deze dimensie vaak gezelliger, impulsiever, minder geremd, levendiger, optimistischer en meer vindingrijk. Mensen die eerder neigen naar de introversie-kant van deze dimensie, zijn daarentegen over het algemeen kalmer, passiever, minder sociaal en pessimistischer.

Volgens Eysencks persoonlijkheidstheorie is het voornaamste verschil tussen deze twee factoren echter fysiologisch. Het is gebaseerd op het niveau van corticale opwinding.

Allemaal verschillende smileys

Psychoticisme

Tot slot hebben we dan psychoticisme. Deze dimensie weerspiegelt iemands gevoeligheid voor impulsiviteit, agressiviteit en gebrek aan empathie. Mensen die erg psychotisch zijn, zijn vaak ongevoelig, asociaal, gewelddadig, agressief en extravagant. Als je hoog scoort in deze dimensie, kun je vatbaar zijn voor verschillende psychische stoornissen, zoals psychose.

In tegenstelling tot de andere twee dimensies, heeft psychoticisme geen tegenovergesteld uiterste. In plaats daarvan is psychoticisme in meer of mindere mate bij iedereen aanwezig.

Persoonlijkheid is een van de interessantste, meest bestudeerde en essentiële onderwerpen in de psychologie. Deskundigen op dit gebied doen hun best om het grondig te bestuderen, met als doel uit te leggen waarom een persoon is zoals hij is. Een van de belangrijkste theorieën over persoonlijkheid is de theorie van Eysenck, die een ware bouwsteen vormt.

Toen Eysenck zijn theorie creëerde, legde hij de basis voor de wetenschappelijke studie van persoonlijkheid en menselijk gedrag. 


Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.